Nationale Wandelmonitor 2021 uit

Cover Nationale Wandelmonitor 2021

Wandelen is “hot”. In dit tweede coronajaar werd wandelen nóg populairder. Zo maakte 66.7% van alle Nederlanders een wandeling van 5 tot 10 kilometer. En 7 op de 10 jongeren is meer gaan wandelen. Zo concludeert de Nationale Wandelmonitor 2021

Deze Wandelmonitor is vorige week uitgebracht door Wandelnet. Ten grondslag eraan ligt een uitgebreid onderzoek door Kien, een marktonderzoekbureau dat gespecialiseerd is in kwantitatief onderzoek. De uitkomsten zijn aangevuld met andere relevante cijfers. 

1.8 miljard ommetjes en 1.1 miljoen wandelvakanties 

De cijfers spreken boekdelen: wandelen is in de volle breedte populair. We maakten met z’n allen ruim 1.8 miljard ommetjes en 1.1 miljoen Nederlanders gingen op wandelvakantie. Maar liefst 94% van alle 16+’ers wandelde wel eens. Weet je hoeveel dat er zijn? 13.7 miljoen. Geweldig! Want wandelen is gezond voor lichaam en geest én geeft een boost aan een duurzame(re)samenleving. Bovendien is het goed voor de economie. 

Meer wandelende jongeren

Eén van de meest opvallende conclusies is dat meer jongeren tot 30 jaar zijn gaan wandelen: 7 op de 10. Het leeuwendeel wil dit blijven doen. Niet alleen jongeren gaan massaal aan de wandel; Nederlanders blijven tot op hoge leeftijd wandelen. Zo maakt 75% van de 60-plussers nog geregeld een ommetje. Hoe we wandelen? Bij voorkeur met onze partner en/of onze kinderen, maar een deel geniet ook van solitaire wandelingen.  

Wandelen goed voor economie 

“Wandelen is goed voor de economie”, zo zegt de Nationale Wandelmonitor 2021. Denk bijvoorbeeld aan de versnaperingen die onderweg worden gekocht of een goede wandeluitrusting plus fijn zittende schoenen. We gaven bijna €2.5 miljard uit aan wandelen en €788 miljoen aan wandelvakanties in eigen land. Maar er is meer dan deze directe uitgaven: als iedereen voldoende zou bewegen door bijvoorbeeld te wandelen, besparen we 2.5 tot 7.3 miljard euro aan zorgkosten. Een grote winst dus!

Wandelen langdurige trend 

Ondanks dat corona een enorme impuls gaf aan wandelen, mogen we zeker niet spreken van een hype. Wandelen is meer een langdurige trend die waarschijnlijk ook na corona doorzet. De vorige Wandelmonitoren lieten namelijk al zien dat de wandelmarkt groeiende was. Daarbij komt dat 83% van de mensen van plan is om ook na de pandemie te blijven wandelen. 

Benieuwd naar alle wandelcijfers?

Wie is de wandelaar? Hoe ziet wandelen in Nederland eruit? En: waar wringt de schoen? Wil je een totaalbeeld krijgen van onze wandelmarkt? Spit eens de Nationale Wandelmonitor 2021 door. Die staat daadwerkelijk boordevol interessante gegevens en feiten.  

Provincie Zuid-Holland wil hele kustgebied omvormen tot Nationaal Park

toolboxen lopen

Goed nieuws voor mensen die graag in de Zuid-Hollandse duinen wandelen! Bestuurders, natuurorganisaties, de provincie en andere bestuurders slaan de handen ineen voor het Nationaal Park Hollandse Duinen

Het nationale park nieuwe stijl moet het hele kustgebied tussen Hoek van Holland en Noordwijk beslaan. Nieuwe stijl, omdat het stedelijk gebied van gemeente Den Haag er onderdeel van gaat uitmaken. Midden in het dichtstbevolkte stukje Nederland creëert het een ‘duurzaam en veerkrachtig gebied waar waardevolle natuur voorop staat, maar ook plaats is voor onder meer cultuur, waterwinning’ en natuurlijk wandelen. 

Behoud van ecosystemen 

Het Park beslaat grote aaneengesloten gebied; behoud van ecosystemen komt hier centraal te staan. ‘Net als de natuurlijke dynamiek van wind, water en beesten’, aldus Patrick Jansen, ecoloog bij de Wageningen University & Reasearch (WUR). ‘Waar de mens recreatief mede-gebruiker is, zonder schade aan te brengen.’ 

Spreiden recreatie 

Het idee voor het Nationaal Park Hollandse Duinen komt mede uit de koker van drinkwaterbedrijf Dunea. Om drinkwater te kunnen winnen, heeft zij duinen nodig zónder al te veel drukte. ‘Ik wil de recreatiedruk kunnen spreiden’, aldus bestuurder Wim Drossaert. ‘Daarvoor is het nodig dat niet iedereen op een mooie dag naar het duingebied Meijendel gaat, maar juist ook naar de andere gebieden langs de kust, en dat die met elkaar worden verbonden. 

Status Nationaal Park nog niet binnen 

Officieel mogen de Hollandse Duinen nog niet het predicaat ‘Nationaal Park’ voeren. De aanvraag ervoor ligt bij het Ministerie van Landbouw, Natuur & Voedselkwaliteit, maar staat momenteel on hold. Dit in afwachting van een nieuwe standaard voor nationale parken. Maar volgens Drossaert en wethouder Bredemeijer (buitenruimte, gemeente Den Haag) maakt dat geen verschil. ‘Het feit dat we ons National Park noemen, is al genoeg.’

Bron 

Lees het oorspronkelijke artikel op NRC: Zuid-Holland wil van het kustgebied een nationaal park nieuwe stijl maken, inclusief de stad.

Therapie in de buitenlucht werkt

Ruimte voor lopen - therapie in buitenlucht

Vijf jaar geleden startten GZ-psychologen Irina Poleacov en Christel Westgeest hun maatschap ‘De Buitenpsychologen’. Zij zien hun cliënten niet in behandelkamers, maar in de buitenlucht. Daarbij zien ze de natuur als co-therapeut. 

De twee psychologen zijn voorlopers van een nieuwe ‘groene’ stroming binnen de geestelijke gezondheidszorg. ‘Voorheen vertelden we onze cliënten – die onder meer kampten met depressies – dat ze naar buiten moesten om meer te bewegen’, vertellen ze. ‘Dat deden we zittend, binnen vier muren, met op tafel de onvermijdelijke doos tissues, die de cliënt dikwijls aanzet tot de gedachte: ik ga níet huilen. Maar mensen zijn niet gemaakt om aan tafel tegenover elkaar te zitten, terwijl de therapeut vaak ook achter een laptop driftig aantekeningen maakt, en op de achtergrond een klok hard tikt. Dat werkt het ongemak en de schaamte alleen maar in de hand.’

Therapie in buitenlucht werkt 

Van de vrouw die tijdens sessies van spanning continu moest overgeven en de jongen die al anderhalf jaar gameverslaafd was. De vele praktijkvoorbeelden bewijzen dat door weer en wind wandelen en praten werkt. Daarnaast komen sommige ziekten eerder aan het licht, zoals seksuele stoornissen. Poleacov: ‘Mensen ervaren buiten letterlijk en figuurlijk meer ruimte.’ Op de website van de Buitenpsychologen kun je inmiddels zestig andere buitenpsychologen vinden die verspreid over het hele land zitten. 

‘Groene pionier’ 

De Buitenpsychologen zijn niet de enige voorlopers. Zo riepen de Stichting Green Mental Health en natuureducatie-organisatie IVN De Groene GGZ in het leven. Een initiatief dat pleit voor een grotere rol van natuur in behandelingen.  De Groene GGZ benoemde 14 geestelijke gezondheidsinstellingen tot ‘groene voorlopers’, waaronder Mondriaan in Heerlen. Deze instelling zet al sinds de jaren ’80 haar omvangrijke tuin en kas in voor therapieën. 

Bron

Meer weten over hoe wandelen in de natuur kan helpen om psychische problemen te voorkomen en te genezen? Lees het hele artikel ‘De donkere wolken verdrijven in de herfstregen: therapie in de buitenlucht’ op Trouw.nl. 

Maak werk van inclusieve beweegruimte

(On)toegankelijkheid van voetpaden

Door corona zijn er grote verschillen ontstaan in het gebruik van groen en andere openbare ruimte. Zo zijn mensen met een lichamelijke handicap of chronische aandoening minder gaan sporten. Wat onder andere komt doordat de buitenruimte niet toegankelijk genoeg is. 

In totaal zijn er 2 miljoen mensen in Nederland die wel willen sporten en bewegen, maar dit niet doen. Bijvoorbeeld omdat een buitenlocatie niet te bereiken is voor hen: het is te ver afgelegen of er gaat geen bus naartoe. Of er zijn drempels of trappen. Kortom, de locatie is niet inclusief. 

Wat is een inclusieve beweegruimte?

Zo’n omgeving houdt rekening met de behoeften van mensen die een aandoening hebben. De Richtlijn toegankelijkheid van kennisinstituut van CROW is er duidelijk over: “Een goede ingerichte openbare ruimte is toegankelijk voor elke gebruiker zodat hij of zij zich zelfstandig kan voortbewegen zonder hulp van derden”. Maar er komt natuurlijk meer kijken bij toegankelijkheid. Denk ook aan aspecten als:

  • Beschikbaarheid: heeft de locatie fijne, ruime openingstijden?
  • Bereikbaarheid: kan iedereen er komen.
  • Betreedbaar: kun je makkelijk naar binnen of buiten? Ook als je in een rolstoel zit?
  • Begrijpelijk: begrijpt iedereen alle informatie? Ook zonder alles twee keer te moeten lezen?

Ruimte voor iedereen is een VN-doel

De noodzaak van een inclusieve beweegruimte is door de Verenigde Naties (VN) vastgelegd in de zogenaamde Duurzame Ontwikkelingsdoelen (Sustainable Development Goals of SDG’s). Deze doelen zijn de bouwstenen voor een goed en inclusief omgevingsbeleid. Belangrijke (sub)doelen zijn:

  • 3.4 ‘Goede gezondheid en welzijn’. Dit is positief te beïnvloeden met bijvoorbeeld aantrekkelijke voorzieningen voor sport, spel, recreatief, fietsen en wandelen. Maar ook door voldoende water en groen in alle wijken, een veilige inrichting van de buitenruimte en groene en uitnodigende schoolpleinen die ook toegankelijk zijn voor de buurt. 
  • 10.2 ‘De sociale, politieke en economische inclusie van iedereen mogelijk maken.’ Dit kunnen overheden bevorderen door goede randvoorwaarden in de fysieke leefomgeving zoals fijne ontmoetingsplekken en locaties die goed toegankelijk zijn.
  • 11.1 ‘Duurzame steden en gemeenschappen’ bevat een belangrijk onderdeel: goede bereikbaarheid van daelijkse voorzieningen, ook voor kleine kernen. 

Meer weten over inclusieve beweegruimte?

Ben je benieuwd naar alle aspecten van een inclusieve bewegingsruimte? En wat je er zelf aan kunt doen om die te bevorderen? Lees het artikel Maak van inclusieve beweegvriendelijke omgeving een automatisme van Alles over Sport.

Ruimte voor verbetering beweegvriendelijkheid Nederland

Beweegvriendelijkheid Nederland kan beter - Foto: Mulier Instituut

Sporten, spelen, wandelen en ontspannen: de verwachting is dat de openbare ruimte steeds meer gebruikt zal worden om te bewegen. Maar hoe maken we daar ruimte voor? 

Inzicht in sporten en bewegen in leefomgeving

Het brancherapport ‘Sporten en bewegen in de openbare ruimte’ helpt om hierop een antwoord te geven. Dit brancherapport is uitgebracht door het Mulier Instituut en geeft inzicht in sporten en bewegen in de buitenruimte. De cijfers liegen er niet om. Meer dan 9 op de 10 Nederlanders gebruiken de openbare ruimte om te sporten of recreatief te bewegen. En door vergrijzing, verdichting, overgewicht en bevolkingsgroei zal dat aantal alleen maar toenemen.

Nederland kan nog beweegvriendelijker

Des te belangrijker om de openbare ruimte ook beweegvriendelijk in te richten. Maar daar liggen een aantal verbeterpunten: gemiddeld scoort Nederland 60 van de 100 punten op de Kernindicator Beweegvriendelijker Omgeving (KBO). Vooral op het platteland en in dorpen scoren we laag op de fysieke inrichting van de leefomgeving om sporten en bewegen te stimuleren. 

KBO indicator voor beweegvriendelijkheid

De KBO kijkt naar de aanwezigheid en bereikbaarheid van recreatief groen en water, sportaccommodaties, speelplekken in de openbare ruimte en voorzieningen van algemeen nut. Zo brengt ze de beweegvriendelijkheid in kaart. Meer weten over de KBO? Lees snel het hele Brancherapport ‘Sporten en bewegen in de openbare ruimte’

Het hele artikel vindt u op de website van het Mulier Instituut

Terugblik Nationaal Voetgangerscongres 2021

Nationale Voetgangerscongres 2021 terugblik - zaal met mensen vermeld

Voor de vijfde keer vond dit jaar het Nationaal Voetgangerscongres plaats. En wel op 7 oktober 2021 in de Hofstad van Nederland: Den Haag. Het congres bracht vele wandel/loopexperts samen. Hier konden ze bijpraten, kennis opdoen, netwerken. En het belangrijkste: het lopen een stapje verder brengen. 

Wandelingen door Den Haag 

De dag werd afgetrapt met een interessante wandeling door stedelijk Den Haag of door Haags groen voor de vroegste vogels. Beide wandelingen begeleid door gidsen die enthousiast vertelden over hoe de gemeente de stad vriendelijker heeft proberen te maken voor de voetganger. Het autoluw maken van het centrum, omleiden van drukke verkeersstromen en verschillende kleuren bestrating. Vooral rondom Holland Spoor was duidelijk te zien hoe de omgeving opfleurt door voetgangers meer ruimte te geven. Toch zagen de deelnemers nog legio mogelijkheden voor verbetering. 

Opening door Wethouder Robert van Asten

Vervolgens stond de officiële opening van het congres op het programma. Aan het woord kwam Robert van Asten, wethouder Cultuur en Mobiliteit voor de gemeente Den Haag. “We hebben de afgelopen jaren al veel stappen gezet om de voetganger meer ruimte te geven. Om onze stad in de toekomst bereikbaar, leefbaar, gezond en economisch vitaal te houden moeten we haar aantrekkelijk maken om te gaan lopen,” aldus van Asten. Na dit boeiende interview konden de deelnemers kiezen uit diverse workshops en presentaties die de verschillende aspecten van wandelen belichtten. 

De LoopAward 

Een hoogtepunt was tenslotte de uitreiking van de LoopAward 2021 die dit jaar bestond uit twee prijzen: een ruimtelijke en maatschappelijke award. Van de ruim 22 inzendingen kwamen uiteindelijk Rondje Stadiopark en Stationsommetje als winnaars uit de bus. 

Benieuwd naar de totale sfeerimpressie? Lees het verslag van het Nationaal Voetgangerscongres 2021 op hun eigen website.

Interview met stedenbouwkundige Jan Gehl over de leefbare stad

leefbare stad

Een waslijst aan toonaangevende boeken, projecten over de hele wereld. Architect en stedenbouwkundige Jan Gehl heeft een indrukwekkende trackrecord. In november spreekt hij op de Dag van de Stad. Een goede gelegenheid voor vakblad ROm om hem te interviewen over zijn visie op stedelijkheid en de leefbare stad.

Jan Gehl (1936, Kopenhagen) is een Deense architect en stedenbouwkundige. In zijn werk legt hij de nadruk op ‘steden voor mensen’ en voetgangers en fietsers.

Stedelijke malaise

Een hoop stedelijke malaise vindt haar oorsprong in de vorige eeuw, aldus Gehl. We zetten massaal in op autogebruik en ideeën over de functionele stad waren invloedrijk. Ook in Nederland, waar de lage bebouwingsdichtheid mede voortkomt uit het gedachtengoed van het CIAM en architecten als Le Corbusier. Gehl is geen fan van dat 20e-eeuwse modernisme, op zijn zachtst gezegd. Hij werd er zelf in geschoold tijdens zijn studie bouwkunde in Kopenhagen, maar door zijn vrouw Ingrid ging hij anders over de stad denken. Zij is gedragspsycholoog en vroeg hem op een dag: ‘Waarom kijken jullie architecten eigenlijk zo weinig naar mensen?’

‘Voor de modernisten was het gebouw leidend, en niet de omliggende openbare ruimte. Sterker nog, de modernisten wezen vooral op de “negatieve” aspecten van de openbare ruimte, zoals hangjongeren, demonstraties en afval’, zegt Gehl. ‘Weg met de straat, was dus hun oplossing, leg maar een grasveld aan. Daar was Le Corbusier heel helder in en dat had een enorme invloed, die tot de eeuwwisseling dominant bleef.’

Leefbare stad

Het leverde onleefbare stukken stad op, met hoge torenflats, lage dichtheden, grote afstanden tussen voorzieningen en groene woestijnen. Gehl: ‘Terwijl de leefbare stad juist bestaat uit een aaneenschakeling van publieke plekken voor mensen. Het gaat niet om de gebouwen waar je werkt of waar je woont, maar om de ruimtes daar tussenin en het gebruik daarvan. Goede openbare ruimte nodigt uit tot stoppen met lopen, om je heen kijken, ontmoeten. Gebouwen moeten dat faciliteren.’

Lees het hele interview op stadszaken.
Foto: Sandra Henningsson

Mensen hadden meer beweging in en rondom het huis in 2020 dan het jaar ervoor

beweging in en rondom het huis

Mensen hadden meer beweging in en rondom het huis in 2020 dan in 2019. Het ging daarbij vooral om wandelen, huishoudelijke activiteiten en klussen. Dit blijkt uit onderzoek van onze partner Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).

Uit interviews en vragenlijsten blijkt dat in 2020 meer Nederlanders aan de beweegrichtlijnen voldeden (53 procent) dan in 2019 (49 procent). Het percentage Nederlanders dat in 2020 minstens één keer per week sportte was gelijk aan het percentage in 2019. Wel sportten mensen in 2020 iets vaker (3 tot 4 keer in plaats van 3 keer) en iets langer (20 minuten per week) dan in 2019.

Beweging in en rondom het huis

Opvallend daarbij is dat mensen meer in en rondom het huis bewogen, zoals wandelen, huishoudelijke activiteiten en klussen. Dit gold vooral voor volwassenen van 30 tot en met 39 jaar, mensen met betaald werk, mensen met een hoger inkomen en een hogere opleiding, kinderen die thuis wonen, ouders met thuiswonende kinderen en mensen in stedelijk gebied.

Mogelijk zijn, vanwege corona, de schattingen over sport- en beweeggedrag in 2020 iets hoger uitgevallen. Zo konden bijvoorbeeld bepaalde groepen vanwege de coronamaatregelen niet thuis worden bezocht voor een interview. Hierdoor ontbreekt informatie van mensen die met een online enquête moeilijk te benaderen zijn. In het algemeen beweegt deze groep mensen minder.

Bronnen voor dit onderzoek

Het RIVM heeft voor dit onderzoek twee bronnen gebruikt: de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor en het Vragenlijstonderzoek Corona & Gedrag van RIVM, GGD GHOR Nederland en de 25 GGD’en.

Bron: RIVM

In CROW-publicatie ‘Obstakels op voetpaden’ wordt problematiek verkend

obstakels op voetpaden

Voetpaden worden niet alleen gebruikt om op te kunnen lopen, maar ook voor allerlei andere zaken die ergens een plek moeten krijgen in de openbare ruimte. Dit kan leiden tot ongevallen, irritatie, en andere complicaties. Molster Stedenbouw heeft daarom in samenwerking met CROW de problematiek rond obstakels op voetpaden verkend. In deze publicatie wordt dit vanuit verschillende hoeken aangevlogen.

Obstakels op de stoep

Voetpaden (ook wel trottoirs of stoepen genoemd) worden niet alleen gebruikt om op te kunnen lopen, maar ook voor allerlei andere zaken die ergens een plek moeten krijgen in de openbare ruimte. Denk aan vaste objecten zoals lantaarnpalen, verkeersborden en bankjes, maar ook aan losse objecten zoals geparkeerde fietsen, terrasstoelen en containers.

Het lijkt erop dat er steeds meer objecten bij komen, terwijl ze zelden verdwijnen. Dit gaat ten koste van de ruimte op voetpaden die bedoeld is voor voetgangers om te kunnen lopen. Zeker op plekken waar de ruimte toch al beperkt is, geeft dit problemen. Te krappe of te volle voetpaden kunnen leiden tot ongevallen en kunnen ervoor zorgen dat looproutes voor bepaalde groepen mensen volledig onbruikbaar worden. Daarnaast kunnen obstakels irritatie opwekken en het loopplezier verminderen. En als er minder gelopen wordt kan er minder geprofiteerd worden van de positieve effecten van lopen.

Problematiek & oplossingen

Molster Stedenbouw heeft daarom in samenwerking met CROW de problematiek rond obstakels op voetpaden verkend. Hoe groot is het probleem eigenlijk? Welke obstakels zijn de grootste boosdoener? Wie heeft er voornamelijk last van en wat zijn de gevolgen?

En vooral: wat kunnen gemeenten doen om de ruimte voor voetgangers voldoende vrij te maken en te houden van objecten, zodat de aanwezigheid van (noodzakelijke) objecten niet ten koste gaat van de veiligheid, de toegankelijkheid, het comfort en de aantrekkelijkheid van looproutes.

Beheer, handhaving & participatie

In deze verkenning geven we uitgebreid antwoord op deze vragen en besteden we aandacht aan alle fasen en processen die bepalen of er voldoende ruimte is voor voetgangers. Dat begint bij het ontwerp op straatniveau en de richtlijnen die hierbij gehanteerd worden. Vervolgens gaat het over vergunningverlening en daarna om beheer en handhaving.

In alle fasen zijn verschillende actoren betrokken, waaronder uiteraard gemeenten, maar ook ondernemers, bewoners, nutsbedrijven, ov-bedrijven en vastgoedeigenaren. Dat betekent dat in alle fasen participatie en communicatie een rol spelen.

Download de publicatie Obstakels op voetpaden op de website van CROW.

Nieuwe rekentool Werken in Beweging: wat levert meer bewegen op?

rekentool Werken in Beweging

Medewerkers die meer bewegen voor, tijdens of na hun werk zijn fitter, minder vaak ziek en productiever. Dat klinkt logisch, toch? Het loont dus als werkgevers hen stimuleren vaker te fietsen, lopen of staand vergaderen. Maar wat leveren investeringen daarin nou écht op? Met de nieuwe rekentool van Werken in Beweging bereken je snel en simpel hoeveel je daarmee bespaart aan geld en ziektelast.

In opdracht van Werken in Beweging voerde economisch onderzoeksbureau Decisio een uitgebreide studie uit naar de invloed van bewegen op de gezondheid. Zij bestudeerden daarbij specifiek de effecten van meer wandelen, fietsen, traplopen en staand of lopend vergaderen. Kees van Ommeren, partner bij Decisio: “Natuurlijk hebben we veel aannames moeten doen, en gaat het om gemiddelde kansen. Maar de gezondheidseffecten van meer bewegen zijn te kwantificeren, en de effecten zijn groot.”

Bereken zelf de gezondheidseffecten van meer bewegen

De resultaten van het onderzoek zijn verwerkt in de Werken in Beweging Rekentool. Daarin worden vijf gezondheidseffecten onderscheiden:

  • Fitheid & arbeidsproductiviteit
  • Ziekteverzuim
  • Medische kosten
  • Ziektelast (aantal dagen dat je leeft met chronische ziekten)
  • Levensduur

    De eerste twee komen ten gunste van de werkgever, de medewerker en de maatschappij profiteren van de andere effecten. Het gaat om een globale inschatting met als uitgangspunt een gemiddelde medewerker die relatief weinig beweegt.

De rekentool Werken in Beweging werkt heel eenvoudig:

  1. Kies welke soort beweging je wil stimuleren en waarvan je wil weten wat dit oplevert. Gaan medewerkers vaker fietsend naar het werk, pakken zij voortaan de trap of moedig je weeting (wandelend vergaderen) aan?
  2. Vul voor deze activiteit in hoe vaak je denkt of wil dat een medewerker dit wekelijks doet en hoe lang dat gemiddeld duurt.
  3. Schat in hoeveel medewerkers dit gaan doen.
  4. De tool geeft aan hoeveel dit je oplevert!
  5. Doe dit gerust meerdere keren met steeds andere variabelen.

Rekenvoorbeeld: lunchwandeling met collega’s

Vijf medewerkers wandelen vijf keer per week rustig 30 minuten, bijvoorbeeld in de vorm van een lunchwandeling of weeting (wandelend vergaderen) met collega’s. Dit levert het bedrijf jaarlijks € 4835 aan toegenomen arbeidsproductiviteit op door verbeterde fitheid en € 1165 aan bespaard ziekteverzuim. In totaal € 1200 per medewerker. De medewerker zelf bespaart € 1107 aan vermeden ziektelast en wint er 9 extra levensdagen mee.

Over Werken in Beweging

Werken in Beweging is een project dat Wandelnet en Fietsersbond uitvoeren in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport. Ons doel: medewerkers stimuleren om dagelijks meer te bewegen. Dit doen zij door met belanghebbende partijen een alliantie te vormen die bewegen naar, tijdens en van het werk stimuleert. Als onderdeel daarvan werkt Werken in Beweging aan een onafhankelijk kennisplatform voor werkgevers en onderzoeken we de gezondheidseffecten van het stimuleren van actieve mobiliteit en bewegen tijdens werk. 

Ruim baan voor lopen en fietsen

Op 24 juni organiseerde het platform Ruimte voor Lopen samen met de Tour de Force de bijeenkomst ‘Ruimte voor lopen en fietsen’ voor netwerk, partners en achterban van beide platforms. De doelen van deze online bijeenkomst waren:

  • Onderling kennismaken en zicht bieden op waar Ruimte voor Lopen en Tour de Force mee bezig zijn.
  • Zicht bieden en krijgen op waar voetgangers en fietsers elkaar kunnen versterken, en waar het kan ‘schuren’.
  • Kansen, belemmeringen en opgaven identificeren voor (meer) gezamenlijk optrekken.

Wouter Veldhuis, de recent geïnstalleerde Rijksadviseur voor de Fysieke Leefomgeving, inspireerde de ruim 70 deelnemers met een prikkelende keynote speech. Hij maakte duidelijk dat wat hem betreft lopen en fietsen DE bouwstenen zijn voor een rechtvaardige leefomgeving. Veldhuis stelde onder meer: ‘Meer lopen en fietsen zorgt voor minder auto’s en meer leefkwaliteit, meer ruimte om te verdichten en dus meer nabijheid, waardoor mensen meer gaan lopen en fietsen… (een zichzelf versterkende cirkel)’. De volledige presentatie is hieronder te downloaden (PDF).

Na de keynote werd in kleinere groepen doorgepraat over de kernvraag van de bijeenkomst: hoe en rond welke onderwerpen kunnen we vanuit lopen en fietsen (nog) meer gezamenlijk optrekken? Tijdens deze gesprekken werden niet alleen kansen benoemd, maar ook de belemmeringen kwamen aan de orde. Volgens de deelnemers zijn er een aantal belangrijke opgaven waar Ruimte voor Lopen en Tour de Force samen aan zouden kunnen werken:

  • Koppel de klimaatopgave en energietransitie slim aan het stimuleren lopen en fietsen. Kans is bijvoorbeeld:
    • Klimaatadaptatie vraagt extra ruimte voor groen. Koppel groenstructuren aan netwerk van loop- en fietsroutes.
  • Agenderen van het belang van groene loop- en fietsroutes op bedrijventerreinen.
  • Neem barrières weg voor wandelaars en fietsers, voorkom nieuwe barrières door inclusief ontwerp nieuwe infrastructuur.
  • Relatie met een goede gezondheid benadrukken (corona, gezondheidsverschillen oplossen, overgewicht tegengaan, eenzaamheid tegengaan…).
  • Promoot de principes van de 10 minutenstad.

Bij de nabespreking kwamen ook de knelpunten tussen fietsers en wandelaars naar voren, zoals de groeiende snelheidsverschillen (in en buiten de stad). Ook het feit dat bij gemeente-ambtenaren vaak wel kennis is over fiets, maar nauwelijks over lopen. De kans is dan groot dat dan vooral aan fiets wordt gewerkt en nauwelijks aan lopen.

Den Haag winnaar van prijsvraag ‘Herverdeling Openbare Ruimte’

De bijeenkomst eindigde met de bekendmaking van de winnaar van de prijsvraag Herverdeling Openbare Ruimte. De prijs werd in ontvangst genomen door de gemeente Den Haag voor het project Stationsweg – Wagenstraat. Deze belangrijke en voor velen welbekende route tussen treinstation Den Haag Hollands Spoor en de Haagse binnenstad is in 2019 heringericht voor voetgangers en fietsers en er zijn maatregelen genomen om de hoeveelheid doorgaand autoverkeer te reduceren.

Den-haag-prijsvraag-winnaar-voor-(1).pngden-haag-prijsvraag-winnaar-4-(1).png

Een klassevoorbeeld van een herinrichting in het voordeel van fietsers en voetgangers. Door het gebruik van bestrating i.p.v. asfalt zijn de straten minder georiënteerd op de auto. De verandering van 50 naar 30 km/u helpt hier natuurlijk ook bij. Daarnaast hebben veel autoparkeerplekken plaats gemaakt voor fietsparkeervoorzieningen en trottoirs. Dit alles zorgt voor een lagere verkeersintensiteit, wat leidt tot lagere snelheden en een stuk veiliger fietsen en lopen.

Genomineerden LoopAward 2020 blikken terug én kijken vooruit

Vorig jaar deden meer dan 30 initiatieven mee aan de allereerste uitreiking van de LoopAward. Dit jaar reiken we voor de tweede keer de LoopAward uit en ditmaal zijn er zelfs twee prijzen om te winnen. Schrijf dus snel in met jouw initiatief.

We blikken nog even terug op vorig jaar. In 2020 werden vier initiatieven genomineerd voor de LoopAward. De drie genomineerden nemen ons mee in de ontwikkelingen van het afgelopen jaar, wat heeft de LoopAward hen gebracht én waar staan ze nu? 

Dorpsommetje

Het Project Dorpsommetje geeft invulling aan diverse invalshoeken rondom lopen. Het zijn niet alleen mooie routes, maar draagt ook bij aan sociale betrokkenheid en is verankerd in de gemeentelijke organisatie. Meedoen aan de Loopaward heeft bewustzijn en trots op het gebied van wandelen versterkt. “Sinds de LoopAward zijn er 5 nieuwe ommetjes verschenen en ik ben nu bezig met drie nieuwe ommetjes” vertelt Tiny Wigman. 

In corona-tijd is er extra aandacht gegeven aan wandelen, met name voor eigen inwoners. Vanuit daar werden ook telkens nieuwe ommetjes bedacht. Verder is er ook nog eens een bijzonder landschapsparade georganiseerd in oktober met het accent op wandelen in de natuur. 

Om wandelen voor iedereen beschikbaar te maken zijn ze ook bezig met het doorlichten van enkele ommetjes op toegankelijkheid voor minder mobiele mensen, bijvoorbeeld mensen die gebruik maken van een rolstoel of ander rijdend materiaal. “Wandelen moet echt voor iedereen zijn” aldus Wigman. 

Vitamine ABC

Als tweede genomineerde was het project Vitamine ABC. Een initiatief vanuit Overschie gericht op aandacht, beweging en coaching, met als doel een half uur wandelen per dag. Deelname aan de LoopAward gaf de wandelgroep veel voldoening. Sinds afgelopen jaar is de wandelgroep alleen maar gegroeid. “In plaats van een half uur lopen per dag, wordt er nu een half uur én een uur gelopen” vertelt Amanda Jansen. Gezien het animo wordt er zelfs nagedacht over uitbreiding met verschillende loopgroepen op verschillende tempo’s. En een mooi doel? “We willen gaan mee wandelen met de Rotterdamse (wandel)marathon wanneer die doorgaat. Met z’n allen over de eindfinish met een t-shirt aan van Vitamine ABC!” (Jansen).

Gezond Natuur Wandelen

Gezond Natuur Wandelen was de derde genomineerde en heeft als expliciet doel om mensen meer te laten lopen. Ook voor Gezond Natuur Wandelen veroorzaakte de nominatie trots binnen de organisatie voor de erkenning en waardering. Gezond Natuur Wandelen heeft ook zeker niet stilgezeten sinds de nominatie vorig jaar. In verschillende buurten, wijken en gemeenten waar ze actief zijn wordt het wandelaanbod van diverse aanbieders gebundeld en gekoppeld aan de behoefte vanuit zorg en welzijn. “Tevens proberen we met diensten als ‘Automaatje’ van de ANWB en buurtbussen het vervoer naar een natuurwandeling voor kwetsbare en vereenzaamde ouderen mogelijk te maken” vertelt Ronald van Zon, projectleider. Ze zijn sinds de LoopAward vorig jaar gegroeid van 50 naar meer dan 60 gemeenten!

Wandeling in het Flevopark

LoopAward 2021 

Kortom, deelname aan de LoopAward heeft veel teweeggebracht bij deze initiatieven. Heb jij nou een mooi initiatief dat echt niet gemist mag worden? Stuur hem snel in!

>