Stadszaken: steeds meer gemeenten ontdekken dat een loopminutenkaart (walking time kaart) verrassend veel inzicht geeft. Het maakt in één oogopslag duidelijk hoe lang je erover doet om te voet bij dagelijkse voorzieningen te komen. Daarmee is ‘beloopbaar’ niet langer subjectief, maar een feit dat je daadwerkelijker meet.
Voor planners, ontwerpers en bestuurders is dat waardevol. Het maakt duidelijk waar een route prettig loopt en waar juist niet. En het helpt om keuzes te maken voor een uitnodigende stad die toegankelijker is voor iedereen. Wat de opmars van deze kaarten laat zien? Dat steeds meer Nederlandse gemeenten bewust werken aan een omgeving waar lopen kán.
Wat laat een loopminutenkaart precies zien?
Een loopminutenkaart is het best te vergelijken met bijvoorbeeld een metro-kaart: het laat zien hoeveel minuten het lopen is van de ene plek naar de andere. Het gaat dan om de supermarkt, het treinstation, het park en andere plekken waar veel mensen vaak komen. Zo zien beleidsmakers direct waar routes goed doorlopen en waar lopen nog extra aandacht vraagt.
Simpel, maar perfect
Dat klinkt simpel, maar het is precies de informatie die in veel gemeenten ontbrak. De meeste kaarten van de openbare ruimte laten vooral verkeer en wegen zien. Loopminutenkaarten gaan over voetgangers. Hierdoor verandert het gesprek bij de overheid: een route is soms in een beleidsplan – op papier – kort, maar kan in de praktijk onlogisch voelen. Een loopminuutkaart maakt dat gelijk duidelijk.
Wat steden ermee kunnen
Verschillende gemeenten zetten de kaarten inmiddels in. Bij herinrichtingen helpen ze bijvoorbeeld om aan ondernemers en bewoners uit te leggen dat voorzieningen nog steeds goed bereikbaar zijn voor wie loopt. Andere steden koppelen ze aan nieuwe wandelroutes die mensen stimuleren om vaker te voet op pad te gaan. Ook rond stations en overstappunten zijn de kaarten handig. Reizigers zien sneller dat lopen naar een bestemming soms net zo snel is als een andere manier van verplaatsen. Dat maakt kiezen makkelijker.
De kracht van de kaart zit vooral in de gesprekken die erdoor op gang komen. Van ontbrekende voetpaden tot lastige oversteken en een straat waar auto’s doorheen razen: een loopminuutkaart maakt verbeterpunten concreet. Ook helpen deze kaarten om prioriteiten te bepalen.
Van inzicht naar actie
Een loopminutenkaart is pas echt waardevol wanneer je hem gebruikt in de praktijk. Veel gemeenten gaan daarom samen met bewoners op pad. Zij lopen de routes na en kijken of de kaart klopt met de beleving op straat. Voelt een route veilig? Is er genoeg ruimte? Is de weg duidelijk?
Zo groeit de kaart uit tot een hulpmiddel om de stad toegankelijker te maken voor iedereen die te voet gaat. Het past goed bij de ambitie van het Nationaal Masterplan Lopen, dat benadrukt hoe belangrijk het is om lopen te ondersteunen met concrete data, levende voorbeelden en echte ervaringen van bewoners.
Meer lezen?
Stadszaken schreef een uitgebreid artikel over de ontwikkeling van loopminutenkaarten en de steden die ermee werken. Lees verder via: Meer steden hebben ‘loopminutenkaarten’, wat heb je eraan?

