De kogel is door de spreekwoordelijke kerk. Het plan om de binnenstad van gemeente Leiden autoluw te maken, is aangenomen door de Raad. Voor de verschillende stadsprojecten komt er een budget beschikbaar van in totaal €42 miljoen, €2 miljoen om met de voorbereidingen te kunnen starten.
Groene Lopers
De projecten moeten eind 2030 afgerond zijn en maken deel uit van het overkoepelende voorstel ‘Groene Lopers’. “In heel de stad pakken we veiligheidsknelpunten aan en vergroenen we vele locaties fors”, aldus Ashley North, wethouder Mobiliteit. “Een aanpak met voordelen die neerdalen in heel de stad. De Groene Lopers betekent dan ook: schone lucht, veilige straten, leefbare wijken en een vitale binnenstad.” En natuurlijk meer ruimte voor lopen.
Maatregelen die worden genomen: knips, een voetgangersvriendelijk Parkplein dat de entree van de stad markeert en letterlijk minder ruimte voor de auto. Lees alles over de plannen via: Leidse Raad zet nieuwe stap in autoluw maken binnenstad.
In steden waar voetgangers ruime baan krijgen, komen extreem overgewicht en diabetes minder vaak voor. Dat laat een meta-studie zien, waarin onderzoekers van de universiteit Toronto 170 eerdere wetenschappelijke onderzoeken onder de loep namen.
Werken aan gezondheid kan dus door gebieden te transformeren in groene, aantrekkelijke straten en pleinen. Waar het veilig en aangenaam is om te wandelen, te fietsen of het ov te nemen. Plekken waar mensen de auto graag laten staan.
Inwoners actiever in voetgangersvriendelijke gebieden
In dit soort voetgangsvriendelijke gebieden zijn inwoners gewoonweg actiever en lopen daardoor een minder grote kans om diabetes en obesitas te krijgen. Een ongezonde leefstijl zijn een grote risicofactor bij deze ziekten. Aan één grote studie deden 32.767 mensen mee. Bij degenen die in voetgangersvriendelijke gebieden woonde, kwamen de twee ziekten in 43% van de gevallen voor. 10% minder vaak dan in gebieden waar de auto het straatbeeld bepaalt.
Bloedsuikers omhoog in ongezonde gebieden
Bij een ander onderzoek lieten 1.1 miljoen volwassenen hun bloed onderzoeken. Na acht jaar werd weer gekeken naar hun bloedsuikers en wat bleek? Als ze woonden in gebieden die minder aantrekkelijk waren om in te lopen, dan lagen de bloedsuikerspiegels maar liefst 20% hoger. Een bewijs des te meer dat lopen goed voor je is.
Van saai en ongezond bedrijventerrein naar een prettige, groene en veilige omgeving. In gemeente Velsen is er een projectgroep opgericht voor bedrijventerrein de Grote Hout. Met ontzettend ambitieuze doelen: “Wij willen de meest gezonde werkomgeving van Nederland zijn.”
Afval, energie en mobiliteit belangrijke thema’s bij Grote Hout
Op dit moment is het totaal niet aantrekkelijk om op het Grote Hout te bewegen of te verblijven. Om die reden richt de projectgroep haar pijlen op drie aspecten: groene afvalstromen, duurzame stroom en mobiliteit. Voor omwonenden springt de laatste het meest in het oog, want betere mogelijkheden tot mobiliteit vergroten de recreatiemogelijkheden. “Het nodigt op dit moment nog niet uit om een rondje te lopen”, zegt Ilse van Cappelle die betrokken is bij het project. “Goede voetpaden zou dit veel uitnodigender maken.”
Bovendien is het idee dat de omgeving veel groener wordt dan nu het geval is. Hiervoor laten de samenwerkende ondernemers een plan maken door stichting Greendustry. Zij hebben als specialiteit: het ontwerpen van groene bedrijventerreinen. Ilse: “Wat ik mooi zou vinden is als het hier voor inwoners van Velsen Noord aantrekkelijk wordt om een rondje met de hond te wandelen, dat mensen met plezier hier een kijkje komen nemen.”
In verschillende steden in Nederland wordt de auto meer en meer uit het straatbeeld verbannen. Zo ook in Zwolle, partner-gemeente van ons. Daar zien ze het liefst een autoluwe binnenstad en dat pakken ze groots aan. Er liggen nu namelijk plannen op tafel voor een megaparkeerplaats aan de rad van de stad, voor maar liefst 600 auto’s.
Speciaal voor mensen die met de auto naar de Overijsselse stad komen. Hier parkeren ze tegen een heel gunstig bedrag of zelfs gratis, waarna ze op een andere manier de binnenstad in kunnen. Op een meer duurzame manier: met het ov, de (vouw)fiets of te voet. Een andere manier om meer ruimte voor lopen te creëren; in andere steden zien we milieuzones of simpelweg wegafsluitingen.
De gemeente hoopt autorijders een goed alternatief te bieden en zo minder verkeer ín de stad te krijgen.
AutoWeek.
De gemeente heeft ook al een locatie in gedachten voor de parkeerplaats. “In het noorden van de stad, vlak naast de snelweg A28 en aan het einde van de N340″, aldus AutoWeek.
Als platform Ruimte voor Lopen vormen we een netwerk van allerlei organisaties die meer aandacht willen besteden aan lopen. Die ruimte voor voetgangers willen maken: Niet alleen op papier, maar ook buiten én in het hoofd. Wij leggen de fundamenten voor een nieuwe brug. Een organisatie die daadwerkelijk bruggen bouwt, is de Beweegalliantie. Deze week de eer aan ons om een aantal vragen te stellen aan de directeur: Erik Lenselink.
Wat is de Beweegalliantie?
“De Beweegalliantie is een landelijk netwerk dat laagdrempelig bewegen wil stimuleren”, legt Lenselink krachtig uit. “Op dit moment komen veel Nederlanders namelijk niet aan de beweegnorm. Daarbij is ‘wandelen’ of ‘lopen’ natuurlijk de meest laagdrempelige manier van beweging. En juist daar valt enorme winst te behalen. Er kan véél meer worden gelopen of gewandeld; meer doelgroepen mogen vaker de benen strekken.”
Cirkel Ruimte voor Lopen voor ouderen
Een doelgroep die vaak wordt vergeten, zijn de wat oudere mensen. Lenselink: “De Gemeente Zaandam kwam er zelf mee dat ze willen dat 65+’ers meer gaan wandelen”, vertelt Lenselink enthousiast. “Omdat ze onze alliantiepartner zijn, hebben we samen gekeken naar hoe ze wandelingen voor die groep kunnen organiseren. Met welke lokale organisaties we een samenwerking kunnen opzetten. Vervolgens richten we ons vizier op andere gemeenten: Hoe kunnen we dit idee uitrollen in meer gemeenten? Hiervoor hebben we Cirkel Ruimte voor Lopen Ouderen in het leven geroepen. Daarin zitten nog 2 gemeenten die hiermee aan de slag willen.” Eigenlijk wil de Beweegalliantie bij succesvolle initiatieven dus copy-paste doen: Andere gemeenten en organisaties er hun voordeel mee laten doen.
Ook wij zijn vanuit Ruimte voor Lopen aangesloten bij de Cirkel Ruimte voor Lopen Ouderen.
Geen eigen activiteiten, geen concurrentie
Kortom: De alliantie maakt succesvolle initiatieven zichtbaar. Helpt om die te versterken en zorgt er dan voor dat andere overheden en organisaties er ook mee aan de slag kunnen. “We zijn de bruggenbouwer, aanjager en ondersteuner”, vat Lenselink sterk samen. “Dit doen we heel bewust. We kiezen ervoor om geen eigen product in het leven te roepen. Dan zouden we immers onze eigen creatie op alle mogelijke plekken proberen te krijgen. Wat ons concurrent zou maken van andere goede ideeën. Terwijl er al zoveel moois gebeurt: Het is zaak om lopende initiatieven op meer plekken te krijgen. Door samenwerking kun je meer impact maken. Geloof in wat er al is!”
Lopen/wandelen komt terug in alle dimensies
De Beweegalliantie probeert beweging te stimuleren in allerlei levensdomeinen. 6 in totaal: Werk, zorg, onderwijs, leefomgeving, vrije tijd en mobiliteit. Lenselink: “Voor al deze dimensies kijken we naar: Hoe kun je daar meer bewegen toevoegen? Lopen en/of wandelen loopt als een rode draad door al deze dimensies heen. Een paar voorbeelden:
Zorg: Kijk bijvoorbeeld naar de Nationale Diabetes Challenge, waarbij er wandelgroepen worden opgericht voor mensen met diabetes-type-2. Heel belangrijk, want voor deze groep mensen is een gezonde levensstijl nog belangrijker.
Onderwijs: De Peutervierdaagse vind ik daarin een mooi voorbeeld. De KWBN kwam met het idee dat is afgeleid van de Avondvierdaagse die je basisschoolleerlingen op veel plekken in het land ziet lopen. Deze is meer gericht op kinderdagverblijven. Om zo wandelen onder nóg jongere kinderen te stimuleren.
Werk: Dan denk ik aan de Wandel Tijdens Je Werk Dag die we net achter de rug hebben. Samen met onze partner Wandelnet en andere organisaties hebben we een petitie aangeboden aan de Tweede Kamer die begon met “Beste Kamerleden, u loopt een groter risico om te lang te zitten…” Vervolgens benadrukken we wat ze zelf kunnen doen om bewegen makkelijker te maken – ook voor de gemiddelde Nederlander.”
Een aantal mooie voorbeelden van hoe de Beweegalliantie méér mensen, op allerlei plekken, aan de wandel proberen te krijgen. Of is het aan het lopen krijgen? We vragen het Lenselink: Is er verschil tussen beide woorden? “Jawel”, antwoordt hij resoluut “Lopen is meer functioneel: Ik loop omdat ik ergens naartoe wil/moet. Wandelen is meer recreatief. Daar zit echt wel een verschil tussen.” Hij legt uit waarom de Beweegalliantie bij de ene dimensie praat over ‘wandelen’ en bij de andere over ‘lopen’. Bij actieve mobiliteit is het bijvoorbeeld ‘lopen’, bij gezonde natuur ‘wandelen’. Lopen is misschien nog wel het beste een boost te geven, omdat mensen nou eenmaal vaak van A naar B moeten.
Niet altijd makkelijk: Veel beren op de weg
Daarmee is niet gezegd dat het altijd makkelijk is. Genoeg obstakels om uit de weg te ruimen, vindt Lenselink. Hij vertelt: “Dat zit ‘m onder meer in draagvlak. Neem bijvoorbeeld de Dynamische Schooldag in Amsterdam. Inclusief de gewone gymlessen is het de ambitie dat de kinderen 1 uur per dag bewegen. Veel extra bewegen dus. Dat betekent dat ze dit bijvoorbeeld doen tijdens de rekenles. Daarna gaan ze weer door met de rekenles. Het is een obstakel dat niet iedere leerkracht direct het nut ziet van zo’n onderbreking en vaak ook niet weet hoe die dat makkelijk kan integreren in de les. Vanuit de Dynamische Schooldag worden deze leerkrachten ondersteund met kennis en handelingsperpectief.
Weinig wandelen, veel lopen
Onder de noemer ‘practice what you preach’ vragen we Lenselink tenslotte of hij ook veel loopt en wandelt. “Op het moment wandel ik niet per se heel veel” geeft hij toe. “Wel loop ik vaak. Ik neem regelmatig het OV en loop dan naar het werk, als team hebben we onszelf een liftverbod opgelegd en in overleggen zitten we nooit langer dan een kwartier. We staan regelmatig op en overleggen dan staand en bewegen lichtjes. We houden het bewegen er echt in. Bewegen, waaronder lopen is een structureel onderdeel van mijn werkdag.”
Bij ‘Arts en auto’ vertelt huisarts Matthijs van der Poel enthousiast over Looprecept.nl. Een initiatief waarvan hij aan de wieg staat, samen andere collega-huisartsen. Zij brengen het belang van lopen onder de aandacht. Bij patiënten en bij opleidingen. Zo gaat Van der Poel zelf twee keer per week een halfuur met zijn patiënten wandelen.
Van der Poel ziet zichzelf als levende voorbeeld van gezonde leefstijl en richtte daarom zijn wachtkamer in met sportieve foto’s. Ook hangen er banners vol met informatie over de voordelen van wandelen. En hij deelt stappentellers aan patiënten uit.
Wekelijks wandelrondje met patiënten
Misschien het allerbelangrijkste: op maandag- en donderdagochtend doet hij een wandelrondje met zijn praktijkverpleegkundige en alle patiënten die dat willen. Goed voor hun gezondheid én voor hun sociale behoefte. Van der Poel: “Patiënten die ik soms wekelijks op mijn spreekuur zag, kunnen nu hun verhaal kwijt in de wandelgroep. Ze maken nu minder vaak een afspraak.”
Een mooie ontwikkeling op het gebied van data! Sinds kort deelt Strava met partners de data die haar gebruikers genereren. Dat zijn stratenkaarten met gegevens over het collectieve, anonieme loopgebruik van paden en wegen. Over 2022 ging het om maar liefst 800.000 lopers die tezamen 20 miljoen loopactiviteiten ondernamen.
Veel data die inzicht geven in waar mensen veel lopen. En welke paden nauwelijks belopen zijn. Ook wordt enigszins duidelijk welke straten in het donker als veilig worden ervaren. Dit laatste kun je concluderen door te kijken naar hoeveel mensen eroverheen lopen tijdens winteravonden (als het donker is). Het Nederlandse bedrijf Track-landscapes analyseerde deze loopactiviteiten nog verder. In opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, en mede op initiatief van onze partner Wandelnet.
Eigenaar Mart Reiling zegt erover: “Track-landscapes bracht het routegebruik van deze 20 miljoen Strava-loopactiviteiten in heel Nederland in kaart. In alle analysevormen die wij nuttig achten. Dan is het data-deel maar vast gedaan en kunnen we ons bezig gaan houden met wat we echt belangrijk vinden: data doorvertalen naar inzichten, beleid en concrete oplossingen.
Data nodig voor het doorontwikkelen van loopinfrastructuur
Deze data komen goed van pas bij het verder ontwikkelen van onze loopinfrastructuur en -omgeving. We zien namelijk dat de aandacht voor wandelen en/of (hard)lopen sinds corona een hoge vlucht neemt. Om al die lopers te faciliteren is het belangrijk dat zowel de stad als het (natuur)landschap uitnodigen om er lopen op uit te gaan. Dit kun je als overheid alleen doen als je inzicht hebt in de loopbehoeften. Wat voor lopers hebben we? Waar lopen zij veel én waar juist minder? Alleen dan kun je routes op gerichte plekken aantrekkelijker maken en in balans brengen met andere belangen zoals de natuur.
Maar een grootschalig beeld van gebruik is er in Nederland nooit geweest. Tot nu. Lees het LinkedIn-artikel dat Reiling schreef over de Strava-data en hoe die te gebruiken is: Heel Holland wandelt en loopt hard, maar waar precies?
Voor meer gemeenten kan lopen een oplossing zijn, zo denkt Filip van As. Hij is programmacoördinator van Platform Ruimte voor Lopen en komt aan het woord in een interview op gebiedsontwikkeling.nu. Een interview waarin verschillende experts hun zegje doen over wandelen. Over hoe de voetganger het onderschoven kind is, hoe de belangen van fietsers en wandelaars vaak haaks op elkaar staan en voor welke problemen lopen een oplossing kan zijn.
“De lengte van files neem toe”, zegt Van As over het laatste punt. “We hebben meer woningen nodig vanwege de bevolkingsgroei en ga zo maar door. We hebben meer ruimte nodig, maar het oppervlakte dat we hebben blijft gelijk. Lopen draagt bij aan de gezondheid, maar ook aan ruimtelijke vraagstukken.”
Niet meer op één hoop met de fietsers
Hij wijst erop dat specifiek beleid echt noodzakelijk is om de positie van de voetganger te verbeteren. “Richt een gemeente zich op alle verkeersdeelnemers tegelijk, raakt de voetganger ondergesneeuwd. (…) Een perspectiefwijziging is nodig. Lopen is meer dan alleen een vorm van verkeer. Ze ontmoeten andere lopers. Lopen is een manier om achter de voordeur vandaan te komen, uit de eenzaamheid. Lopers zijn anders dan fietsers en automobilisten onderdeel van hun omgeving.” Maar het belangrijkste argument blijft wat betreft Van As de fysieke gezondheid van de bewoners. “Als looproutes goed zijn gaat het gezondheidsniveau omhoog. Wie vanaf jonge leeftijd voldoende beweegt bouwt spieren op en voorkomt veel klachten op latere leeftijd.”
Lees het hele interview via: Wat lopen oplevert voor de gezondheid en voor de stad. Aan het woord komen verder nog Boudewijn Leeuwenburgh, voorzitter van de Voetgangersbeweging en Ashley North, wethouder klimaat, mobiliteit en financiën van Leiden.
Partner van het eerste uur Kenniscentrum sport & bewegen besteedt aandacht aan een beweegvriendelijke omgeving in het Brabantse Vught. Dit doet ze in de zogenoemde kenniscast, een podcast waar experts kennis en ervaringen met een bepaald onderwerp delen. Een podcast waar wetenschap, praktijk en beleid samenkomen.
De bekende discussieleider Suse van Kleef bespreekt in deze aflevering hoe een beweegvriendelijke omgeving het verschil maakt. Aan tafel schuiven twee gasten met specialistische kennis aan: Marjanne Steenhuis (beleidsadviseur Sport en Bewegen bij gemeente Vught) en Dianne Scholte (specialist bij het Kenniscentrum).
Beweegvriendelijke Omgeving
Aan de hand van de gemeentelijke casus duiken ze dieper in het onderwerp. Wat een beweegvriendelijke omgeving is, is namelijk duidelijk. Een inclusieve leefomgeving die mensen faciliteert, stimuleert en uitdaagt om te bewegen, spelen, sporten en ontmoeten. Waar plek zat is voor actief verplaatsen: lopen en fietsen. Zo’n omgeving ontstaat echter niet vanzelf. Er is meer voor nodig. Hoe creëer je de kansen ervoor en maak je gebruik van koppelkansen? Hoe zit het precies met de Omgevingswet en hoe verkrijg je er budget voor?
Van 8 tot 12 april is de Week van de Rechtvaardige Straat. Een initiatief van verschillende organisaties waaronder partnersWandelnet en Voetgangersvereniging Nederland. Een initiatief dat zich richt op het verkleinen van de dominante positie van de auto in ons straatbeeld. Ze organiseren grote én kleine acties om een andere verdeling van de straat te vragen. Het doel: nieuwe ideeën en zinvolle gesprekken.
Nomineer je straat
Eén van de acties is de award voor (on)rechtvaardige straat. Een manier om alle plekken waar het autoverkeer vrije baan krijgt in kaart te brengen. Én om de plekken waar het wél goed gaat te laten zien. Tot 8 april kunnen mensen hun straat nomineren.
“Woon jij in een straat waar alleen ruimte voor het verkeer is, en dan vooral het autoverkeer? Of woon je juist in een straat waar je elkaar ontmoet, er ruimte is voor spelende kinderen, groen en voetgangers of fietsers? Nomineer dan je straat..
Wat is een Rechtvaardige Straat
Dat is een straat die van én voor iedereen is, de basis vormt van sterke sociale structuren en gevarieerd is. En: één activiteit (autorijden) maakt niet al het andere onmogelijk. In het Manifest de rechtvaardige straat lees je alles over de principes.
Partners Wandelnet en Provincie Drenthe stimuleren iedereen om meer te gaan lopen met de Wandel Tijdens Je Werkdag-campagne ‘Uit je hoofd, in de benen.’ Maar waarom moet je wandelen onderdeel maken van je dagelijkse (werk)dag? De hoofdredacteur van Nouveau is er heel stellig in. “Je wordt er knetterknap van”, lacht Claudia Straatmans.
“Dat is natuurlijk een hyperbool, maar we weten allemaal dat het goed voor je is”, legt ze zichzelf uit. Zo is wandelen het allerbeste medicijn tegen angst en depressie. Het verlaagt zelfs je angstgevoelens met maar liefst 50%. Daarnaast maakt het je creatiever. Wist je dat veel grote filosofen ook iedere dag wandelden? Friedrich Nietzsche zei dat de beste ideeën ontstaan tijdens het lopen.”
“Wandelen maakt me vrij in mijn hoofd”
De megagrote effecten op ons brein staat voor Claudia op de eerste plaats. “1 uur in de natuur en ik kom tot rust. Op een dag doe ik zoveel indrukken op dat ik graag nog het groen intrek. Dan loop ik over de dijk, langs de Weespertrekvaart. Genoeg te zien én te bewandelen daar! Heb ik een dag niet gewandeld, dan kom ik veel moeilijker in slaap. Dus loop ik bij voorkeur iedere dag. Op vrije dagen is dat al snel tussen de 8 en 15 kilometer. Na een kantoordag 4 kilometer in ongeveer 45 minuten. Die wandeling na het werk heb ik ook wel écht nodig, want ik werk op een enorm inspiratieloos, betonnen kantorenpark.”
“Die wandeling na het werk heb ik ook wel écht nodig, want ik werk op een enorm inspiratieloos, betonnen kantorenpark.”
Boost je humeur
Bij wandelen maakt je lichaam het gelukshormoon dopamine aan en daarvan merkt de hoofdredacteur zeker de effecten. “Het helpt als zo’n tegengif tegen neerslachtigheid. Vandaar dat ik ook ga wandelen als het regent. Als het sneeuwt. Of als het hard waait. Kortom, onder alle weersomstandigheden stap ik in de wandelschoenen. Met het adagium: ‘Er is geen slecht weer, alleen slechte kleding.’ Voor mij is de beloning in mijn hoofd groter dan de angst om heel erg nat te worden.”
Lifestyle-wandelen
Claudia heeft inmiddels haar sporen wel verdiend in de wandel-wereld. Naast dat ze iedere dag een ommetje maakt, heeft ze ook al 3 lifestyle-wandelboeken op haar naam staan. “Een gouden greep: in die tijd was er nog niets over lopen en lifestyle, terwijl ik denk dat je met die combinatie van onderwerpen meer mensen aan de wandel kan krijgen. Zelf wandel ik altijd naar een plek waar ik iets lekkers kan eten of drinken. Dat doe ik bewust: lopen voor lekkers. Dan heb je gelijk een beloning voor je prestatie.”
Wandelen met een stimulans
Een beloning in het vooruitzicht stellen. Dat zet veel meer mensen aan om eens op te staan, daar is de hoofdredacteur van overtuigd. “Mensen willen als een katholiek een beloning na de pelgrimage. Net zoals met alles in het leven willen ze een doel om te wandelen. In het groot zie je dat bij Santiago de Compostela, in het klein zie je dat bij elk ommetje dat je maakt voor, tijdens of ná het werk. Daarbij is beleving een belangrijk aspect. Ik krijg altijd veel vragen over waar je kunt lopen om iets te beleven. Om een mooi establishment tegen te komen. Waar je iets goeds kunt eten of drinken. Kortom, waar het goed vertoeven is.”
De organisatoren van de Wandel Tijdens Je Werkdag zien hier ook een haakje voor werkgevers. “Je kunt meer werknemers warm maken om te wandelen door te werken met een beloning.
Waarom onderdeel maken van je dagelijks routine?
Claudia denkt dat het uitermate belangrijk is om wandelen echt onderdeel van je dagelijks leven te maken: dus ook tijdens je werkdag. “Alleen zo kan je jezelf ervan verzekeren dat je het GEWOON DOET. Dat is zoals met alles in je leven: tanden poetsen, haren kammen en ontbijten. Als het onderdeel is van je dagelijkse routine, ingesleten zit in je patroon, dan doe je het ook makkelijker. Al die bezwaren die je aan het begin in je hoofd hebt, leg je dan zonder nadenken terzijde.”
“Zet gewoon een stap”
Stap voor stap
Haar tip om de eerste stap te zetten in inbedding in je werkleven, is: “Zet gewoon een stap. Zoals Lao Tzu zo krachtig zegt: “Een reis van 1.000 mijlen begint met één enkele voetstap.’ Zoals bij alles in het leven kun je klein beginnen. Door je ene voet simpelweg voor de andere te zetten. Neem een realistisch doel in je hoofd, bijvoorbeeld: “ik wil vandaag naar een pleintje 1 kilometer verderop”. Dat is al voldoende. Ik woon zelf in een stadsbuurt met het nodige groen. Iedere keer ontdek ik weer wat nieuws tijdens mijn wandelingen: bloemetjes die opkomen, narcissen die bloeien… Een gigantische beloning. Uiteindelijk moet je het wel GEWOON DOEN.”
De Wandel Tijdens Je Werkdag vindt plaats op 4 april 2024 en heeft een bijzondere ambassadeur: Claudia Straatmans, voormalig hoofdredacteur van Nouveau Magazine. Zij is zelf een fervent liefhebber van wandelen en schreef er 3 boeken over. Waaronder ‘Het LifestyleWandelboek’. Jij komt toch ook uit je hoofd en in de benen tijdens je werkdag? Een grotere beloning is er niet voor jezelf! Lees alles over de Wandel Tijdens Je Werkdag editie 2024.
Gespot bij ZinInOpvoeding: De Amsterdamse hoogleraar ‘Stedelijke Mobiliteit’ Marco te Brömmelstroet pleit voor rechtvaardige straten. “Een ruimte waarin voetgangers gelijkwaardig zijn aan autoverkeer.” Hij roept ouders op om actie te ondernemen, om de ruimte letterlijk terug te claimen voor hun kinderen. Zodat zij weer veilig over straat kunnen wandelen en kunnen spelen.
Rechtvaardige straten
“Waarom nemen we voor lief dat onze kinderen de straat is afgenomen?” vraagt te Brömmelstroet zich af. “De straat is iets wat we delen. Een openbare ruimte, net als de lucht of de taal, en we moeten er samen betekenis aan geven.” Hij introduceert het begrip ‘rechtvaardige straat’. Een manier van kijken naar de openbare ruimte, waarom die ruimte van iedereen is. Een verhaal waarin je jouw kinderen zonder angst de straat op durft te laten gaan. Waarin je elkaar zonder drempels kunt ontmoeten. Een ruimte waarin voetgangers de auto niet vóór hoeven te laten gaan (figuurlijk gezegd).
Auto zette straatbeeld op de kop
Volgens de hoogleraar is het straatbeeld sinds de intrede van de auto enorm veranderd. “We zijn gaan denken dat iedereen individueel zo snel en eenvoudig mogelijk van A naar B moet kunnen komen. Dat verhaal zijn we 100 jaar geleden gaan vertellen en daar hebben we de straten sindsdien op ingericht. Maar waar eindigen we dan?” Hij wist erop dat voor die tijd de straat voor alles en nog wat was. “Het was de ruimte tussen de huizen waar mensen elkaar ontmoetten, waar kinderen speelden en ieder zijn gang ging.”
Niet dat we allemaal terug moeten naar die tijd, maar te Brömmelstroet houdt wel een pleidooi voor een andere inrichting van straten. En hij ziet wél degelijk dat het ook anders, beter kan. “Er zijn goede voorbeelden. In Den Haag is er een ‘schoolstraat’ die ’s ochtends en ’s middags rond de schoolbel wordt afgesloten met een hek, zodat er geen auto’s in kunnen. In Parijs zijn in 2 jaar zo al 180 schoolstraten gekomen.” Goed voorbeeld doet volgen?