Goudappel wint prijs met paper over Nederlands Loopstromenmodel

Voetgangers worden steeds belangrijker in steden. Toch weten we nog niet zoveel over hoe mensen lopen. Er zijn wel schattingen, maar die gaan vaak alleen over drukke gebieden zoals stadscentra. Daarom heeft Goudappel een model gemaakt. Dit model schat hoeveel voetgangers er op elk wegdeel in Nederland lopen.

Het Nederlands Loopstromenmodel zorgt ervoor dat voetgangers meer aandacht krijgen. Gemeenten en provincies kunnen met deze informatie straten en pleinen beter maken voor voetgangers. Zo ontstaat er een prettiger en toegankelijker netwerk voor iedereen die loopt.

Wat is het Nederlands Loopstromenmodel?

We zijn allemaal wel eens voetganger, bijvoorbeeld op weg naar werk of tijdens het winkelen. Omdat lopen goed is voor het milieu, de gezondheid en de leefbaarheid van steden, willen veel beleidsmakers voetgangers meer ruimte geven. Maar waar lopen mensen precies? Waarom kiezen ze die route? Het Nederlands Loopstromenmodel geeft antwoord op deze vragen. Het model laat zien hoeveel voetgangers er op een bepaalde plek lopen en waarom ze dat doen. Zo kunnen steden beter worden ingericht voor voetgangers.

Met dit model kan Goudappel gemeenten helpen bij het maken van keuzes. Het model biedt inzicht in looproutes, drukke plekken en belangrijke bestemmingen, zoals stations of winkelcentra. Gemeenten kunnen zo knelpunten aanpakken en de openbare ruimte aantrekkelijker maken voor iedereen.

Eerste prijs voor CVS-paper over Loopstromenmodel

Adviseurs Tom Thomas, Samir Ajanovic en Dennis van Sluijs van Goudappel schreven een paper over dit model. Dit onderzoek won de eerste prijs op het CVS Congres in november 2024.

Wil je meer weten? Lees hier het volledige onderzoek: Nederlands Loopstromenmodel: inzicht in en beïnvloeden van voetgangersstromen.

Onderzoeksleidraad effecten loopmaatregelen

Hoe kun je de effecten meten van loopmaatregelen? In opdracht van ons en onze partner kenniscentrum CROW doen Floortje Cieraad (van Decisio) en Annemieke Molster (van Molster Stedenbouw) daar onderzoek naar. Met als resultaat een handige onderzoeksleidraad waar gemeenten zo 1-op-1 hun voordeel mee kunnen doen.

We zien namelijk dat meer én meer gemeenten loopbeleid maken, terwijl de levensgrote vraag rijst: bereiken al die projecten ook écht hun doel? Gaan er daadwerkelijk meer mensen lopen? Kortom, welke effecten vloeien voort uit het beleid? En: hoe meet je die effecten? Daarop geeft de leidraad een antwoord. En dat is hard nodig, want volgens Annemieke is het doen van onderzoek voor overheden vaak te ingewikkeld.

“Als onderzoeker wil je meestal lekker veel meten en kennis vergaren, maar als het teveel en te ingewikkeld wordt, is er geen gemeente meer die zo’n meting gaat doen. Hoe maken we het nuttig en inzichtelijk en ook nog eenvoudig en behapbaar?”

Annemieke Molster

In gesprek erover tijdens CVS-congresIn gesprek erover tijdens CVS-congres

De Onderzoeksleidraad effecten loopmaatregelen is één van de papers die zijn ingestuurd voor het Colloquium Vervoers-planologisch Speurwerk (CVS-congres) dat afgelopen donderdag en vrijdag in het Spoorwegmuseum in Utrecht plaatsvond. Met deelnemers werd erover in gesprek gegaan en er kwam goede feedback uit. Annemieke: “In het kort gaan we:

  • (nog) duidelijker onderscheid maken tussen gedragsbeïnvloedingsmaatregelen en fysieke maatregelen, zodat we de leidraad daar beter op kunnen toespitsen. 
  • kijken of we beter af zijn met twee producten in plaats van een. Product een zou dan vooral gemeenten moeten aanzetten tot het doen van een voor en nameting, waarbij we tips geven over wat dan belangrijk is, maar niet teveel voorschrijven wat ze allemaal zouden moeten meten. Product twee is dan meer de leidraad zoals we hem nu voor ogen hebben, die gemeenten kunnen invullen als ze dat willen.
  • een standaardenquête maken op basis van bestaande enquêtes (dat gingen we al doen, maar staat dus nog op de to-do list).” 

Loopmaatregelen

De onderzoeksleidraad effecten loopmaatregelen komt met een visuele weergave van het beslissingsproces van de voetganger. Uit dit proces komen drie typen te nemen maatregelen:

  • Maatregelen die erop gericht zijn om de houding ten opzichte van lopen te verbeteren en daarom de intentie te vergroten. Denk daarbij aan gedragsstimuleringsmaatregelen. Kinderen lopen bijvoorbeeld waarschijnlijk vaker naar school als je daarvoor iets organiseert zoals een ‘loopbus’, waarbij kinderen georganiseerd en meestal via een vaste route samen naar school lopen.
  • Een andere groep maatregelen is gericht op ingrepen in de fysieke omgeving. Denk aan het aanleggen van nieuwe routes en het loopvriendelijker maken van bestaande routes. Ook het toevoegen van woon- en werklocaties en/of voorzieningen (zoals supermarkten, scholen en huisartsenposten) kan een maatregel zijn, omdat zo meer bestemmingen op loopafstand komen te liggen.
  • Het laatste type maatregel gaat over het minder aantrekkelijker maken van alternatieven. Bijvoorbeeld het verminderen van het aantal parkeerplaatsen, het verhogen van parkeertarieven of het invoeren van betaald fietsparkeren op hele drukke plekken. Voor OV geldt eerder het omgekeerde: als ov-gebruik aantrekkelijker wordt, gaan mensen waarschijnlijk juist meer lopen om bij de halte of het station te komen.

Lees de hele Onderzoeksleidraad effecten loopmaatregelen.

Lees de hele Onderzoeksleidraad effecten loopmaatregelen.

Nieuwe Podcast: Ontwerpwijzer Voetgangers – Een Diepgaande Blik op Voetgangersvriendelijk Ontwerpen

Podcast Ontwerpwijzer Voetgangers met Emile Oostenbrink

In de nieuwste aflevering van de podcastserie van Kennisplatform CROW nemen experts Brendan van Spal en Emile Oosterbrink ons mee in de wereld van voetgangersvriendelijk ontwerp. Met ruim 14 jaar ervaring als kenniswerker bij CROW deelt Emile zijn inzichten en de stappen die zijn genomen om de eerste Ontwerpwijzer Voetgangers te creëren.

Belangrijke inzichten uit de podcast

De podcast over de Ontwerpwijzer Voetgangers start met een introductie door Brendan, die trots vertelt over de verschillende initiatieven van CROW, waaronder events, cursussen, publicaties en de ontwikkeling van instrumenten en dashboards. Een hoogtepunt van hun werk is de lancering van de Ontwerpwijzer Voetgangers tijdens het Nationaal Voetgangerscongres in 2023. Dit document is uniek in zijn soort en biedt uitgebreide richtlijnen en eisen voor het ontwerpen van voetgangersvriendelijke buitenruimtes.

Het ontwikkelproces van de Ontwerpwijzer Voetgangers

Emile beschrijft het uitgebreide proces dat heeft geleid tot de totstandkoming van de ontwerpwijzer. Dit begon met een verkenning van de behoefte onder gemeenten en andere belanghebbenden. Vervolgens werden werkgroepen gevormd met deskundigen uit de praktijk om te zorgen voor actuele en praktische toepasbare inhoud. Het duo ondersteunde het project, wat resulteerde in een publicatie na bijna twee jaar intensief werk.

Uitdagingen en trots

Een van de grootste uitdagingen was het verzamelen van gevalideerde kennis om onderbouwde aanbevelingen te kunnen doen. Emile benadrukt het belang van deze basis om betrouwbare richtlijnen te bieden. Ondanks de uitdagingen is hij trots op het eindresultaat en de positieve ontvangst bij gebruikers. Met honderden gebruikers en internationale interesse om de ontwerpwijzer te vertalen naar het Engels, is het succes duidelijk.

Het belang van voetgangersvriendelijk ontwerpen

De Ontwerpwijzer Voetgangers benadrukt dat het ontwerpen van steden met voetgangers als uitgangspunt essentieel is voor de leefbaarheid en veiligheid van stedelijke gebieden. Dit draagt bij aan fysieke en mentale gezondheid, lokale economie en sociale interactie. Het document biedt niet alleen ontwerpprincipes, maar ook strategische richtlijnen om loopvriendelijk beleid te integreren in steden.

Volgende stappen

CROW is vastbesloten om de ontwerpwijzer actief te promoten en het gebruik ervan te stimuleren. Dit doen ze door middel van communicatie, cursussen en ontwerpateliers. Het doel is om de kennis en richtlijnen in de praktijk te zien en continu te verbeteren op basis van feedback en praktijkervaringen.

Luister nu naar de podcast

Benieuwd naar meer details over de ontwerpwijzer en het belang van voetgangersvriendelijk ontwerpen? Luister dan naar de volledige podcast via deze link: Podcast Ontwerpwijzer Voetgangers.

Utrecht gaat als tweede provincie inzetten op meer ruimte voor lopen

Frank Hart in Amersfoort - Utrecht

Een aantal weken geleden zagen we hoe provincie Groningen een structurele plek gaf aan lopen in haar mobiliteitsbeleid, nu neemt provincie Utrecht het stokje over. Statenlid Erwin Kamp diende een Kadernota 2025-2027 in die hij samenstelde samen met onze partner Wandelnet.

In die nota vraagt hij om meer aandacht voor voetgangers. Dit omdat hij wel weet dat wandelen wél in het provinciale bereikbaarheidsprogramma staat, maar verder niet wordt ingevuld. “Voor wandelen wordt naar de gemeenten verwezen. Dat is vreemd”, zegt hij heel stellig. “Dat doen we bij fietsen ook niet. In het Coalitieakkoord staat dat wandelen net zoals fietsen, auto en ov een plaats krijgt ik het mobiliteitsbeleid. Wandelen mag niet vergeten worden.

Hoofdlijnen Kadernota 2025-2027

De motie en daarmee de kadernota is aangenomen door de Gedeputeerde Staten van onze meest centrale provincie. De hoofdlijnen van de nota:

  • Wandelen krijgt een volwaardige plek in het mobiliteits- en omgevingsbeleid, zoals is afgesproken in het Coalitieakkoord.
  • Aan de hand van concrete doelen en indicatoren duidelijk maken hoe wandelen/lopen stap voor stap hierin een plaats krijgt (in een memo).
  • Doelstellingen op het gebied van ontspannend en vrijetijds-wandelen meenemen in de omgevingsvisie;
  • Het gesprek blijven voeren met Provinciale Staten en betrokken (wandel)organisaties.

Onder meer Frank Hart van Wandelnet werkte mee aan de totstandkoming van deze nota. Lees zijn verhaal via LinkedIn.

Megaparkeerplaats Zwolle moet voor meer ruimte voor lopen zorgen

Megaparkeerplaats in Zwolle

In verschillende steden in Nederland wordt de auto meer en meer uit het straatbeeld verbannen. Zo ook in Zwolle, partner-gemeente van ons. Daar zien ze het liefst een autoluwe binnenstad en dat pakken ze groots aan. Er liggen nu namelijk plannen op tafel voor een megaparkeerplaats aan de rad van de stad, voor maar liefst 600 auto’s.  

Speciaal voor mensen die met de auto naar de Overijsselse stad komen. Hier parkeren ze tegen een heel gunstig bedrag of zelfs gratis, waarna ze op een andere manier de binnenstad in kunnen. Op  een meer duurzame manier: met het ov, de (vouw)fiets of te voet. Een andere manier om meer ruimte voor lopen te creëren; in andere steden zien we milieuzones of simpelweg wegafsluitingen.

De gemeente hoopt autorijders een goed alternatief te bieden en zo minder verkeer ín de stad te krijgen.

AutoWeek.

De gemeente heeft ook al een locatie in gedachten voor de parkeerplaats. “In het noorden van de stad, vlak naast de snelweg A28 en aan het einde van de N340″, aldus AutoWeek.

—-

Bron: Zwolle wil auto uit binnenstad trekken met megaparkeerplaats.

Inzicht in voetgangersdata dankzij Loopstromenmodel

Loopstromenmodel - allemaal mensen te voet in Amsterdam

Gemeenten krijgen maar moeilijk vat op de mensen die zich te voet voortbewegen. Zoveel data als er is over fietsers en auto’s, zo weinig databronnen zijn er beschikbaar over voetgangers. Onze partner Goudappel ontwikkelde daarom het Nederlands Loopstromenmodel dat inzicht geeft in hoeveel voetgangers ergens lopen.

Dat maakt het tot een goed “praatstuk” bij het ontwikkelen van voetgangersbeleid. Zo vertelt Samir Ajanovic aan Biind. Hij was nauw betrokken bij het ontstaan van het model. “Het geeft bijvoorbeeld aan welke hoofdroutes te onderscheiden zijn, wat weer een basis legt voor het definiëren van een voetgangersnetwerk.” 

Loopstromenmodel vertrekpunt voor efficiënt beleid

Het model helpt gemeenten om écht aan de slag te gaan met efficiënt voetgangersbeleid. “Gemeenten zien ook steeds meer het belang van de voetganger in, maar zijn nog zoekende naar hoe ze dit moeten aanpakken.” Het Loopstromenmodel bepaalt hoeveel mensen ergens te voet op af komen. “Een drukke binnenstad kent vanzelfsprekend meer functies dan een rustige woonwijk, denk bijvoorbeeld aan werken, winkelen en onderwijs.”

Lees Data als basis voor voetgangersbeleid voor het hele interview met Ajanovic.

Provincie Groningen eerste met specifiek voetgangersbeleid

provincie Groningen investeert in loopbeleid. Sfeerbeeld Groningen

Mooi nieuws! Provincie Groningen heeft nieuw beleid voor de voetganger – met een mooi budget. In de ‘Loopagenda 2024-2027 ‘Samen stappen zetten’ schrijft de provincie hoe ze de komende vier jaar een veilige en aantrekkelijke omgeving voor de voetganger gaat neerzetten. Om de plannen uit te voeren heeft ze 1 miljoen euro tot haar beschikking.

Concrete plannen

Van een bruggetje over een sloot, een missend voetpad of het weghalen van een obstakel. In de loopagenda van de noordelijke provincie staan concrete plannen om de provincie beter in te richten voor voetgangers. Eén van de maatregelen is een nieuwe subsidieregeling voor gemeenten, waarmee ze kleine aanpassingen kunnen doen om de voetgangersinfrastructuur te verbeteren. Om wandelpaden en -routes veiliger, aantrekkelijker en/of toegankelijker te maken. Boven krijgen gemeenten hulp om belangrijke voorzieningen in de dorpen beter te verbinden voor mensen te voet. Dan gaat het om het OV, winkelcentra en onderwijsinstellingen.

Provincie Groningen gezond, duurzaam, goedkoop en makkelijk

Groningen is de eerste provincie die actief met beleid voor de voetganger aan de slag gaat. Dat heeft meerdere redenen volgens de gedeputeerde. Lopen en wandelen is niet alleen gezond en duurzaam, maar ook goedkoop en toegankelijk. Hij is enthousiast over de loopagenda.

“Er gaat veel geld en aandacht naar de fietser, automobilist en OV-reiziger in Groningen. En dat is terecht. Maar lopen is de meest gezonde, duurzame, goedkope en toegankelijke vorm om je te verplaatsen. Met deze loopagenda zetten we daar ook op in. Samen met gemeenten, Routebureau Groningen en andere partners stimuleren we Groningers om vaker te lopen en te wandelen.”

Gedeputeerde Mobiliteit Johan Hamster

Lees meer bij provincie Groningen: Provincie investeert in veilig en aantrekkelijk lopen.

“Niet het wiel opnieuw uitvinden, maar copy-pasten.” Interview met Erik Lenselink van Beweegalliantie.

Als platform Ruimte voor Lopen vormen we een netwerk van allerlei organisaties die meer aandacht willen besteden aan lopen. Die ruimte voor voetgangers willen maken: Niet alleen op papier, maar ook buiten én in het hoofd. Wij leggen de fundamenten voor een nieuwe brug. Een organisatie die daadwerkelijk bruggen bouwt, is de Beweegalliantie. Deze week de eer aan ons om een aantal vragen te stellen aan de directeur: Erik Lenselink.

Wat is de Beweegalliantie?

“De Beweegalliantie is een landelijk netwerk dat laagdrempelig bewegen wil stimuleren”, legt Lenselink krachtig uit. “Op dit moment komen veel Nederlanders namelijk niet aan de beweegnorm. Daarbij is ‘wandelen’ of ‘lopen’ natuurlijk de meest laagdrempelige manier van beweging. En juist daar valt enorme winst te behalen. Er kan véél meer worden gelopen of gewandeld; meer doelgroepen mogen vaker de benen strekken.”

Cirkel Ruimte voor Lopen voor ouderen

Een doelgroep die vaak wordt vergeten, zijn de wat oudere mensen. Lenselink: “De Gemeente Zaandam kwam er zelf mee dat ze willen dat 65+’ers meer gaan wandelen”, vertelt Lenselink enthousiast. “Omdat ze onze alliantiepartner zijn, hebben we samen gekeken naar hoe ze wandelingen voor die groep kunnen organiseren. Met welke lokale organisaties we een samenwerking kunnen opzetten. Vervolgens richten we ons vizier op andere gemeenten: Hoe kunnen we dit idee uitrollen in meer gemeenten? Hiervoor hebben we Cirkel Ruimte voor Lopen Ouderen in het leven geroepen. Daarin zitten nog 2 gemeenten die hiermee aan de slag willen.” Eigenlijk wil de Beweegalliantie bij succesvolle initiatieven dus copy-paste doen: Andere gemeenten en organisaties er hun voordeel mee laten doen. 

Ook wij zijn vanuit Ruimte voor Lopen aangesloten bij de Cirkel Ruimte voor Lopen Ouderen.

Geen eigen activiteiten, geen concurrentie

Kortom: De alliantie maakt succesvolle initiatieven zichtbaar. Helpt om die te versterken en zorgt er dan voor dat andere overheden en organisaties er ook mee aan de slag kunnen. “We zijn de bruggenbouwer, aanjager en ondersteuner”, vat Lenselink sterk samen. “Dit doen we heel bewust. We kiezen ervoor om geen eigen product in het leven te roepen. Dan zouden we immers onze eigen creatie op alle mogelijke plekken proberen te krijgen. Wat ons concurrent zou maken van andere goede ideeën. Terwijl er al zoveel moois gebeurt: Het is zaak om lopende initiatieven op meer plekken te krijgen. Door samenwerking kun je meer impact maken. Geloof in wat er al is!”

Lopen/wandelen komt terug in alle dimensies

De Beweegalliantie probeert beweging te stimuleren in allerlei levensdomeinen. 6 in totaal: Werk, zorg, onderwijs, leefomgeving, vrije tijd en mobiliteit. Lenselink: “Voor al deze dimensies kijken we naar: Hoe kun je daar meer bewegen toevoegen? Lopen en/of wandelen loopt als een rode draad door al deze dimensies heen. Een paar voorbeelden:

  • Zorg: Kijk bijvoorbeeld naar de Nationale Diabetes Challenge, waarbij er wandelgroepen worden opgericht voor mensen met diabetes-type-2. Heel belangrijk, want voor deze groep mensen is een gezonde levensstijl nog belangrijker.
  • Onderwijs: De Peutervierdaagse vind ik daarin een mooi voorbeeld. De KWBN kwam met het idee dat is afgeleid van de Avondvierdaagse die je basisschoolleerlingen op veel plekken in het land ziet lopen. Deze is meer gericht op kinderdagverblijven. Om zo wandelen onder nóg jongere kinderen te stimuleren.  
  • Werk: Dan denk ik aan de Wandel Tijdens Je Werk Dag die we net achter de rug hebben. Samen met onze partner Wandelnet en andere organisaties hebben we een petitie aangeboden aan de Tweede Kamer die begon met “Beste Kamerleden, u loopt een groter risico om te lang te zitten…” Vervolgens benadrukken we wat ze zelf kunnen doen om bewegen makkelijker te maken – ook voor de gemiddelde Nederlander.”

Niet altijd makkelijk: Veel beren op de weg

Daarmee is niet gezegd dat het altijd makkelijk is. Genoeg obstakels om uit de weg te ruimen, vindt Lenselink. Hij vertelt: “Dat zit ‘m onder meer in draagvlak. Neem bijvoorbeeld de Dynamische Schooldag in Amsterdam. Inclusief de gewone gymlessen is het de ambitie dat de kinderen 1 uur per dag bewegen. Veel extra bewegen dus. Dat betekent dat ze dit bijvoorbeeld doen tijdens de rekenles. Daarna gaan ze weer door met de rekenles. Het is een obstakel dat niet iedere leerkracht direct het nut ziet van zo’n onderbreking en vaak ook niet weet hoe die dat makkelijk kan integreren in de les. Vanuit de Dynamische Schooldag worden deze leerkrachten ondersteund met kennis en handelingsperpectief.

Weinig wandelen, veel lopen

Onder de noemer ‘practice what you preach’ vragen we Lenselink tenslotte of hij ook veel loopt en wandelt. “Op het moment wandel ik niet per se heel veel” geeft hij toe. “Wel loop ik vaak. Ik neem regelmatig het OV en loop dan naar het werk, als team hebben we onszelf een liftverbod opgelegd en in overleggen zitten we nooit langer dan een kwartier. We staan regelmatig op en overleggen dan staand en bewegen lichtjes. We houden het bewegen er echt in. Bewegen, waaronder lopen is een structureel onderdeel van mijn werkdag.”

Hoe loopvriendelijk is Rotterdam? Van der Spek en Besselink vertellen

hoe loopvriendelijk is Rotterdam - Karen van der Spek en José Besselink op straat

“Droomprojecten gaan vaak over groots en meeslepend, zoals bruggen of stadsprojecten. Daar worden we natuurlijk blij van, maar wat écht onze droom is, is dat we door heel veel kleine ingrepen de stad maximaal loopvriendelijk en toegankelijk kunnen maken. In een interview met Biind gaan Karen van der Spek (programmamanager Rotterdam Loopt) en José Besselink (planoloog) in op de vraag: hoe loopvriendelijk is Rotterdam?

En, hoe loopvriendelijk is Rotterdam?

Beiden vertellen dat de Zuid-Hollandse havenstad ál op heel veel plekken ruimte biedt aan de voetganger. Soms geboren uit noodzaak, want het is een relatief arme stad. “Mensen hebben niet altijd geld voor het ov, een fiets, laat staan voor een auto. Actieve mobiliteit is in Rotterdam het uitgangspunt van ons mobiliteitsbeleid: eerst lopen, dan fietsen en daarna het ov, deelmobiliteit en de auto.”

Voetganger verankerd in beleidsdocumenten

Een goede plek voor de voetganger reserveren op straat is daarom essentieel. Dat realiseerde de gemeente zich een paar jaar geleden en riep toen ‘Rotterdam Loopt’ in het leven. Een gemeentelijk team dat afdelingen overstijgt en ervoor zorgt dat het belang van voetgangers bij ver uiteenlopende projecten aandacht krijgt.

“Een loopvriendelijke stad begint achter de tekentafel. In 2023 hebben we daarom de ‘Ontwerpwijzer Rotterdam Loopt’ en de ‘Netwerkkaart voetganger’ gelanceerd. Dit hebben we gekoppeld aan ons handboek voor de buitenruimte, de ‘Rotterdamse Stijl’. In samenwerking met Witteveen en Bos hebben we de ‘Loopmonitor’ ontwikkeld.

Karen van der Spek & José Besselink

Lees het hele interview: ‘Een loopvriendelijke stad begint achter de tekentafel’. Gemeente Rotterdam is één van onze partners.

Wandelnet zet lopen op agenda bij formatie

Lopen op agenda formatie - voetgangers bij hofvijver den haag

‘Goed bestuur en infrastructuur’. Vorige week woensdag stond dit thema centraal in de formatiegesprekken. Een goed moment voor Wandelnet om haar invloed te laten gelden Ze stuurde een brief met input voor het akkoord. 

“Er zijn namelijk veel gemeenten die experimenteren met voetgangersbeleid, maar om echt door te pakken is er nu een samenhangende visie vanuit het rijk nodig.”

7 Thema’s

Wandelnet stuurde tekstvoorstellen op zeven verschillende thema’s waar lopen een bijdrage kan leveren:

  1. Lopen stimuleert een gezonde leefstijl
  2. Lopen en ruimtelijke inrichting
  3. Lopen en duurzame mobiliteit
  4. Lopen en groen
  5. Lopen en ontmoeting
  6. Lopen en veiligheid
  7. Lopen en lokale economie

Lees meer over de brief die Wandelnet stuurde.

Beweegvriendelijke omgeving Vught centraal in Kenniscast Kenniscentrum Sport & Bewegen

beweegvriendelijke omgeving in Vught

Partner van het eerste uur Kenniscentrum sport & bewegen besteedt aandacht aan een beweegvriendelijke omgeving in het Brabantse Vught. Dit doet ze in de zogenoemde kenniscast, een podcast waar experts kennis en ervaringen met een bepaald onderwerp delen. Een podcast waar wetenschap, praktijk en beleid samenkomen.

De bekende discussieleider Suse van Kleef bespreekt in deze aflevering hoe een beweegvriendelijke omgeving het verschil maakt. Aan tafel schuiven twee gasten met specialistische kennis aan: Marjanne Steenhuis (beleidsadviseur Sport en Bewegen bij gemeente Vught) en Dianne Scholte (specialist bij het Kenniscentrum).

Beweegvriendelijke Omgeving

Aan de hand van de gemeentelijke casus duiken ze dieper in het onderwerp. Wat een beweegvriendelijke omgeving is, is namelijk duidelijk. Een inclusieve leefomgeving die mensen faciliteert, stimuleert en uitdaagt om te bewegen, spelen, sporten en ontmoeten. Waar plek zat is voor actief verplaatsen: lopen en fietsen. Zo’n omgeving ontstaat echter niet vanzelf. Er is meer voor nodig. Hoe creëer je de kansen ervoor en maak je gebruik van koppelkansen? Hoe zit het precies met de Omgevingswet en hoe verkrijg je er budget voor?

Benieuwd naar alle tips? De kenniscast is terug te luisteren via Spotify.

Initiatiefvoorstel ‘Gastvrije Openbare Ruimte’

Gastvrije Openbare Ruimte

D66 heeft in Amsterdam een initiatiefvoorstel ‘Gastvrije Openbare Ruimte’ ingediend. Aanleiding is dat steeds minder inwoners te vinden zijn in de openbare ruimte én veel minder bewegen. Nog maar 10% van de kinderen speelt vaker buiten dan binnen, terwijl dat twee generaties terug nog 65% was.

Meer trage mobiliteit

Eén van de voorstellen in Gastvrije Openbare Ruimte is om “meer keuzes te maken voor trage mobiliteit”. Om lopen en fietsen meer te stimuleren. “Lopen of fietsen zorgt voor de mogelijkheid tot verbinding tussen Amsterdammers. Vanuit een gesloten koekblik begin je immers geen gesprek met je mede-weggebruikers. Minder auto’s draagt niet alleen bij aan een betere luchtkwaliteit, maar is in zichzelf lichamelijk en geestelijk gezond en bevordert sociale cohesie.”

D66 maakt het heel concreet: bij keuzes over inrichting van wegen moet het belang van de voetganger vooropstaan. Neem bijvoorbeeld de drempels bij voetgangersoversteekplaatsen. Nu worden ze alleen geplaatst als auto’s zich niet aan de regels houden. “Maar het is als voetganger áltijd fijner om verhoogd over te steken. Daarnaast maak je de stad meteen vele malen meer rolstoeltoegankelijk, fijner voor rollators, kinderwagens en boodschappenkarretjes.” Hun pleidooi is daarom: “Kies standaard voor een verhoogde voetgangersoversteekplaats, mits het niet onoverkomelijk is voor bij[1]voorbeeld nood- en hulpdiensten.”

Gastvrijer en meer inclusie

Daarnaast wil het voorstel de ‘hostile architecture’ in onze hoofdstad gedag zeggen. Dit zijn elementen die een ongastvrije sfeer aan sommige plekken geven. Bijvoorbeeld bankjes met een armleuning midden op het bankje, zodat mensen zonder thuis er niet meer op kunnen slapen. Het zijn elementen die als doel hebben bepaalde groepen mensen te weren in de buitenruimte. Ook pleit ze voor meer inclusie. “Er valt veel te winnen als het aankomt op fysieke toegankelijkheid van openbare plekken voor mensen met een beperking. Er wordt nog veel gebouwd voor een bepaalde fysicaliteit: iemand met een gemiddelde lengte, met goed zicht, op twee benen.”

Bovendien:

“Ruimtelijke ordening is ontworpen voor de ‘standaardmens’ of ‘genderneutraal’. (…) Dat de openbare ruimte niet even gastvrij is voor iedereen ligt aan een gebrek aan informatie over ervaringen en behoeftes van iedereen behalve de voornoemde groep.”

D66

Amsterdam Maakt Ruimte

Met het voorstel een ‘Gastvrije Openbare Ruimte’ sluit D66 goed aan op het nieuwe, gemeentelijke programma Amsterdam Maakt Ruimte. Een programma dat dit jaar (2024) verder wordt uitgewerkt. Lees meer over het voorstel bij Amsterdam Raadsinformatie.

>