Kennisuitwisseling gemeentelijk loopbeleid

Steden en dorpen zijn de plekken waar ruimte voor lopen tot uitvoering moet worden gebracht. Omdat gemeenten veelal met dezelfde opgaven te maken hebben zijn we een samenwerking gestart om kennis uit te wisselen.

In dit traject wordt er kennis uitgewisseld tussen steden om samen slimmer te worden en indien wenselijk samen onderzoeksopgaven op te pakken. 

Publicatie Loopfeiten

Tussen 2010 en 2017 zijn Nederlanders 4,1% meer gaan lopen. Dit blijkt uit de brochure Loopfeiten van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM). Nederlanders zijn met name vaker en verder lopend onderweg voor vrijetijdsdoeleinden. De groei voor vrijetijdsdoeleinden is veel sterker voor vrouwen dan voor mannen (1,75 keer). De groei in lopen wordt voornamelijk veroorzaakt door mensen boven de 50 jaar. Voor kinderen tot 12 jaar en volwassenen tussen de 30 en 50 jaar is juist sprake van een kleine afname in loopafstand. 

Pilotproject toegankelijkheid van stations en stationsomgevingen

Pilotproject toegankelijkheid van stations en stationsomgevingen

Het openbaar vervoer moet voor iedereen toegankelijk zijn, ongeacht beperking of handicap. Mensen met een beperking geven aan te merken dat het OV Zelf steeds toegankelijker wordt, maar dat geldt nog niet voor de omgeving van stations en haltes. Verbetering daarin is een voorwaarde voor het gebruik van het OV. In dit project worden er concrete verbetervoorstellen opgesteld voor vijf stations, inclusief de stationsomgeving.

In 2018 is er een project uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van I&W waarbij 5 stations en hun omgeving beoordeeld zijn op toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Dit onderzoek heeft 2 checklijsten opgeleverd, één voor gebruikers en één voor professionals. Deze twee checklijsten kunnen gebruikt worden met ervaringsdeskundigen en professionals om de toegankelijkheid van de stations(omgeving) te onderzoeken. Dit pilotproject toegankelijkheid van stations en stationsomgevingen is een vervolg op dit onderzoek uit 2018. 

In het huidige project zullen verschillende partijen samenwerken aan een aantrekkelijke en toegankelijke route, voor iedereen. In de pilots worden er concrete oplossingen bedacht voor de geconstateerde gebreken bij de toegankelijkheid van het betreffende stationsgebied. Er worden vijf locaties geselecteerd waar binnenkort sprake is van een nieuw ontwerp, herinrichting of geplande werkzaamheden. 

Wat hopen we te bereiken met deze pilots?

Een procesaanpak dat ook in andere steden kan worden toegepast. De afronding van dit project wordt voorzien in de eerste helft van 2020.

Space2Move — ruimte voor bewegen in de regio Arnhem-Nijmegen

Nederlandse volwassenen zitten gemiddeld negen uur per dag en zijn hiermee Europees kampioen zitten. Dat is nog eens een titel. Dit brengt substantiële gezondheidsrisico’s met zich mee. Vele initiatieven om deze levenswijze aan te pakken blijken onvoldoende effect te hebben. Daarom vond Provincie Gelderland het tijd voor een andere strategie.

Zo kwam Space2Move tot leven. Dit project heeft als doel om mogelijkheden voor actieve mobiliteit, dus lopen en fietsen, te vergroten in onze leefomgeving. Daarnaast ook om mensen die weinig bewegen te verleiden meer te gaan lopen en fietsen als vast onderdeel in hun dagelijks leven. Het pilotgebied voor dit project is de regio Arnhem-Nijmegen. In eerste instantie is het uitgangspunt wijken, daaropvolgend op schaalniveau stad en daarna regio. 

Er worden maatregelen genomen in het fysieke domein en gekeken hoe deze aanzetten tot meer- en actiever bewegen en in welke manier dit leidt tot positieve gezondheidseffecten. Het onderzoek stimuleert mensen die weinig bewegen om 10 tot 20 minuten te lopen en/of fietsen per dag. Het onderzoek bestaat uit een onderzoeksproject, experimenteren via pilot projecten en het ontwikkelen van nieuwe publiek-private samenwerkingen. De onderzoeken moeten leiden tot suggesties voor locatie-specifieke interventies in de bebouwde omgeving zowel als algemene ontwerprichtlijnen. 

Uitrol en doorontwikkeling Stad te Voet

Stad-te-Voet is een routeconcept, uitgaande van het principe dat iedereen vlakbij huis veilig en aantrekkelijk moet kunnen wandelen.

Gezocht wordt naar wandellijnen vanuit logische punten in het centrum van een stad of (groot) dorp naar het buitengebied en omgekeerd, via de meest aantrekkelijke routes door woonwijken. Bij de analyse en ontwikkeling van de wandellijnen wordt zoveel mogelijk samengewerkt met lokale organisaties en buurtbewoners. En er wordt nagegaan hoe barrières zoals grote wegen, spoorlijnen, waterwegen en onaantrekkelijke (bedrijven)terreinen kunnen worden geslecht. Samen vormen de wandellijnen een gemarkeerd en breed gedragen routenetwerk dat de kern en ommeland met elkaar verbindt. Inmiddels zijn er in Nederland 3 Stad-te-Voet® projecten uitgerold: Utrecht, Apeldoorn en Park Lingezegen. Vrijwel alle steden en grotere dorpen zijn geschikt; overal willen mensen wandelen vlakbij huis. 

Dit project is erop gericht om de komende jaren samen met partners in meer steden en dorpen het concept uit te rollen. Eerste stap is de ‘werving’ van meer steden/dorpen.

Inzicht in acceptabele loopafstanden

Een belangrijk aspect dat bepaald of mensen gaan lopen is hun inschatting of ze de afstand beloopbaar vinden.

De loopafstand die mensen acceptabel vinden is echter geen vaste factor en is van meerdere objectieve maar ook subjectieve aspecten afhankelijk. Inzicht in de factoren die bepalen wat mensen onder welke omstandigheden een acceptabele loopafstand (of looptijd) vinden is nodig om gericht aanbevelingen te kunnen doen over ontwerpen op stedenbouwkundig niveau en netwerkniveau. Het project zal bestaan uit een literatuurstudie, een gespreksronde met deskundigen en veldonderzoek. De opgedane kennis zal onder meer de huidige tabellen in het ASVV (handboek voor wegontwerp binnen de bebouwde kom van CROW) vervangen.

Aandacht voor voetgangers in strategisch plan verkeersveiligheid

Voetgangersveiligheid. Een onderwerp dat van belang is, maar te weinig aandacht krijgt. Zo ook in het strategisch plan verkeersveiligheid (SPV) en het Landelijk Actieplan 2019-2021 (LAP). In deze actieplannen wordt beperkte aandacht besteed aan de veiligheid voor voetgangers in het verkeer. Het doel van dit project is dan ook om kennis te ontwikkelen en goede voorbeelden te verspreiden van de beschikbare informatie over voetgangers in relatie tot verkeersveiligheid. Gemeenten en provincies kunnen dit dan meenemen in hun risico-gestuurde aanpak en verdere uitwerking van het SPV.

Onlangs heeft het SWOV een rapport over voetgangersveiligheid uitgebracht.

Meer informatie: https://www.swov.nl/feiten-cijfers/factsheet/voetgangersveiligheid

Ontwerpmethodiek ‘verkeer in de stad’

De ANWB heeft samen met mobiliteitsexperts bedacht hoe je steden zo kunt inrichten dat alle verkeersdeelnemers genoeg ruimte hebben, het verkeer veiliger wordt en de stad prettig is om in te wonen en verblijven. Dit concept wordt de ontwerpmethodiek Verkeer in de stad genoemd.

De ontwerpmethodiek Verkeer in de stad zorgt ervoor dat de beschikbare ruimte in steden op een slimmere en veilige manier gebruikt kan worden. Dankzij een verandering in inrichting worden alle verplaatsingen van voetganger, fietser, automobilist en openbaar vervoergebruiker prettiger en veiliger. En nog een bijkomend pluspunt, de stad functioneert beter. 

Hoe zit de ontwerpmethodiek in elkaar? Voertuigen worden ingedeeld naar ‘voertuigfamilies’. Wat houdt dit in? Een indeling op basis van gewicht. Bij het ontwerpen van straten kijkt de gemeente eerst welke maximum snelheid het beste past bij de functie van de straat. Bijvoorbeeld, is het een winkelstraat of een doorgaande weg? Om dit soort vragen te beantwoorden werken verkeersdeskundigen en stedenbouwkundigen samen. Ook wordt de mening van bewoners, winkeliers en andere betrokkenen gevraagd. Aan iedere maximum snelheid wordt een voertuigfamilie gekoppeld, deze is maatgevend voor het ontwerp van de straat. Bijvoorbeeld: een 10 km/u zone is voor voetgangers, een 20 km/u zone voor fiets-achtigen (normale fietsen, e-bikes, elektrische steps), een 30 km/u zone voor lichte motorvoertuigen en een 50 km/u zone voor auto-achtigen (vrachtwagens enz.). 

De voetganger is een volwaardige verkeersnorm en gemeenten die de ontwerpmethodiek gebruiken zullen geconfronteerd worden met de voetganger tijdens dit traject. Dit zorgt ervoor dat de voetganger meegenomen wordt in het ontwerpen van de openbare ruimte. 

Contact: Gemeenten kunnen zelf aan de slag met gaan met de methodiek. Daarnaast bieden Mobycon, Awareness en Bart Egeter advies masterclasses en presentaties aan over dit project. 

Project status: afgerond. De rapportage uit 2015 wordt deze zomer vervangen voor een nieuwe. 

>