Rob Methorst over lopen nu en in de toekomst

“Met de oprichting van het platform Ruimte voor Lopen is de basis gelegd”, zegt Rob Methorst. “Maar het besef dat de voetganger een onmisbare schakel is in mobiliteit en leefbaarheid moet nog dieper doordringen. We zijn er niet door erover te praten, maar door het structureel en oprecht mee te nemen in beleid.” Met die woorden legt hij de basis voor het tweede deel van een tweeluik.

Utilitair lopen

Methorst ziet het belang van lopen niet alleen in de recreatie, maar vooral in de functionaliteit. “Er zijn veel mensen die niet ‘voor de lol’ lopen, maar om ergens te komen: naar het openbaar vervoer, naar de winkel, naar de dokter.” Voor hen is lopen een noodzakelijke manier van verplaatsen. Dit grotere doel, de ‘breedte’ van de voetganger, lopen en verblijven in de openbare ruimte, moeten beleidsmakers in zijn ogen ook erkennen. In de jaren die volgden na de oprichting van het platform Ruimte voor Lopen in 2017, volgden jaren waarin voetgangersbeleid niet alleen als een kwestie van infrastructuur werd gezien, maar als een onlosmakelijk onderdeel van stadsplanning. “Lopen is een voorwaarde om de stad leefbaar te maken voor iedereen, ongeacht leeftijd of  beperking.”

MENSenSTRAAT en Wandelnet: de opgaven voor de toekomst

Afgelopen maanden is de organisatie MENSenSTRAAT, waarvan Methorst de secretaris is, opgegaan in Wandelnet. Juist om krachten te bundelen voor de voetgangersbelangen. “We merkten dat de leden van MENSenSTRAAT ouder werden, en er was het gevaar dat kennis en focus verloren gingen. We kunnen het ons niet veroorloven om het momentum te verliezen”, kijkt Methorst terug. “Daarom besloten we te kijken naar hoe we de expertise konden behouden.” Deze zoektocht leidde dus tot de integratie van MENSenSTRAAT binnen Wandelnet. Een overgang die strategisch belangrijk was: “We wilden ervoor zorgen dat voetgangersbelangen niet in de vergetelheid zouden raken.”

Het samengaan van MENSenSTRAAT en Wandelnet betekent meer dan alleen een administratieve fusie; het vertegenwoordigt een verdieping van de visie op voetgangersbeleid. “De integratie was noodzakelijk om de belangen van voetgangers een stevige plaats in het bredere mobiliteits- en leefbaarheidsbeleid te geven. Het vergrootte onze invloed en zichtbaarheid.” Zijn woorden illustreren een pragmatische aanpak: voetgangers moeten niet alleen op de agenda staan, maar ook daadwerkelijk invloed uitoefenen op de besluitvorming.

Lopen als volwaardige modaliteit in het mobiliteitsbeleid

Door het hele interview heen benadrukt Methorst één belangrijk punt: iedereen moet lopen gaan zien als volwaardige modaliteit van vervoer. Met de komst van Ruimte voor Lopen is daar in zijn woorden een stevige basis voor gelegd. Nu is het belangrijk om voetgangers in het bredere beleid te verankeren, niet alleen mobiliteitsbeleid, maar ook rondom thema’s als gezondheid, verduurzaming, klimaatdaptatie en vergroening. “Laten we niet langer doen alsof lopen een bijzaak is”, zegt hij. “Het moet echt het uitgangspunt zijn.” Zijn pleidooi aan beleidsmakers? “Omarm deze verschuiving.”

Dit kan volgens de belangenvoorvechter alleen als er aandacht is voor de fysieke omgeving, zoals brede trottoirs en veilige oversteekplaatsen. Maar ook als er voldoende kennis en regie is op het gebied van stadsplanning en voetgangersveiligheid. Methorst wijst op de enorme invloed die een weloverwogen voetgangersbeleid kan hebben op de leefbaarheid van steden en dorpen: “Meer ruimte om te lopen, betekent veelal een betere omgeving waarin mensen elkaar spontaan kunnen ontmoeten.”

Blik naar de toekomst

Als Methorst naar de toekomst kijkt, ziet hij vooral een Nederland waar lopen als vanzelfsprekend een plaats inneemt als waardevolle mobiliteitsmodaliteit. “Het is tijd om lopen niet alleen als functionele, maar ook als een plezierige én gezonde modaliteit te zien.” Zijn harde werk heeft bijgedragen aan de verschuiving in denken over lopen, maar de strijd voor een voetgangersvriendelijke samenleving is nog lang niet voorbij.