“Je kunt alleen samen stappen zetten” Groningen zet stappen in loopbeleid en vervult zo wens inwoners

“Het idee van onze Loopagenda is ontstaan toen bewoners ons vroegen: kunnen jullie als provincie iets met lopen doen?” zegt Laura Hagedoorn, verkeerskundige en beleidsmedewerker bij provincie Groningen. “We willen Groningen op de kaart zetten als wandelprovincie. En dat begint bij luisteren naar wat inwoners zelf belangrijk vinden.”

Lopen als serieuze pijler in mobiliteitsbeleid

Een jaar geleden stelde provincie Groningen de Loopagenda vast. Die kwam niet uit de lucht vallen: de agenda is onderdeel van het programma Mobiliteit en sluit aan op zowel het Strategisch Programma Verkeersveiligheid als op het bredere beleid rond Brede Welvaart. “Fiets en voetganger staan bij ons samen op één.” De Loopagenda bevat meerdere doelen: van meer veiligheid tot gezondheidsbevordering. En van infrastructuur tot bewustwording.

Geen verstedelijking, wél beweging

Groningen is een grotendeels landelijke provincie, met veel buitengebied. En dat merk je in het beleid. “De ruimte is hier minder schaars, maar er lopen ook minder mensen. Je kunt een perfecte infrastructuur maken, maar dan moeten mensen er wel gebruik van maken.” Die observatie leidde tot een stimuleringsprogramma gericht op doelgroepen die niet vanzelfsprekend wandelen: oudere mensen (65+’ers), jongeren, mensen met een zittend beroep, personen met een visuele beperking én toeristen uit eigen provincie.

Snelle Stappen: kleine ingrepen, grote winst

Een concreet voorbeeld waarop de noordelijke provincie lopen wil stimuleren, is de subsidieregeling Snelle Stappen. Daarin ondersteunt de provincie gemeenten en andere organisaties die terreinen beheren met kleine subsidies voor zichtbare verbeteringen. “We hebben € 240.000,- gereserveerd tot 2027. Daarmee kunnen gemeenten voetgangersoversteekplaatsen aanleggen, stoepen verbeteren of extra verlichting plaatsen voor extra sociale veiligheid.” Kleine maatregelen met grote impact op lokaal niveau. “Het gaat niet om grote bedragen, maar om grote impact op lokale schaal.”

Als voorbeeld noemen we een gemeente die de overgangen tussen stoep en straat verbetert. “Zo’n kleine ingreep kan voor veel mensen het verschil maken tussen wel of niet gaan lopen,” legt Laura uit. “Het is een mooi voorbeeld van een kleine ingreep die de toegankelijkheid verbetert.”

Samenwerken met gemeenten

De provincie is niet de enige speler. “Wij beheren weinig voetpaden zelf. Dus we zijn afhankelijk van gemeenten.” Daarom investeert Groningen niet alleen in subsidies, maar ook in kennisdeling. Er komen sessies met gemeenten en er wordt gewerkt aan een Groningse handreiking, gebaseerd op de CROW-richtlijnen. “We willen dat die toepasbaar is op het buitengebied, zodat gemeenten echt geholpen zijn. En we willen fungeren als kennisexpert. Als vraagbaak voor al hun vragen over voetgangersbeleid. Wij gaan vaak over de grote lijnen, gemeenten over details:  over specifieke wandelroutes of plekken waar de voetgangersvriendelijkheid beter kan.”

Bewoners als aanjagers

Wat ons opvalt tijdens het interview: het loopbeleid ontstond niet achter een bureau, maar uit signalen van inwoners. “Om invulling te geven aan het programma mobiliteit vroegen we tijdens corona aan inwoners wat zij belangrijk vinden in mobiliteit. Veel mensen noemden wandelen als prettige manier van verplaatsen, maar zagen weinig mogelijkheden. Terwijl bewoners misschien wel willen lopen als ze de kans krijgen. Nu wordt er te vaak gedacht: ‘ze nemen wel de auto’.”

Van netwerk naar masterplan

De komende jaren ligt de focus op analyse. “We onderzoeken het loopnetwerk in vier kernen: Bedum, Ter Apel, Hoogezand en Scheemda. Daarmee bouwen we aan een netwerk dat recht doet aan de praktijk.” De analyse moet ook input opleveren voor een breder masterplan loop-infra. Die wil de provincie de komende drie jaar gaan schrijven. “Daarmee willen we straks aantonen dat er extra budget nodig is voor loopinfrastructuur. Zoals eerder is gebeurd met de fiets.” Die aanpak werkt niet alleen voor Groningen, maar is ook inspiratie voor andere provincies die hun loopbeleid willen versterken.

Van zittende werknemer tot wandelende werknemer

Lopen gaat niet alleen over infrastructuur, maar ook over gezondheid. Om die reden zijn de chronische zitters één van de target van het stimuleringsplan van de provincie. “We willen ook mensen met een zittend beroep stimuleren om te wandelen. Bijvoorbeeld in industriegebieden aantrekkelijkere wandelroutes aanleggen voor tijdens de pauze.” Het gaat dus om meer dan vrijetijdswandelen: ook de werkdag zelf wordt onder de loep genomen. “Wandel tijdens je werkdag is iets waar we in de toekomst veel meer op willen inzetten.”

Advies aan andere provincies

Wat kunnen andere provincies leren van het loopbeleid dat provincie Groningen heeft? “Ga in gesprek met je gemeenten en hun inwoners. Vraag wat zij nodig hebben en kijk hoe je kunt ondersteunen. Wij hebben tien gemeenten, dat maakt afstemmen iets makkelijker dan in provincies met tientallen gemeenten. Maar overal geldt: je kunt alleen samen stappen zetten.”