Lopen is voor mij een manier van leven geworden.’

Jacqueline Pieters zet zich als Programmamanager mobiliteit Gemeente Den Haag in voor de voetganger. Maar het is inmiddels al dertig jaar geleden dat ze besmet raakte met het voetgangersvirus. In deze column neemt ze je mee in hoe de afgelopen decennia de aandacht voor lopen steeds is veranderd.

“Dertig jaar geleden werd ik als schoolverlater aangenomen voor mijn eerste baan; bij de Voetgangersvereniging VBV in Den Haag. In een statig pand aan het Emmapark in Bezuidenhout mocht ik Emile Oostenbrink opvolgen als verkeersadviseur en kwam ik onder de hoede van Rob Methorst. Twee bekende namen die nog steeds veel betekenen voor de voetgangerswereld. Hier raakte ik besmet met – zoals ik het zelf noem – het voetgangersvirus.

Jaren later ging ik aan de slag ging bij de gemeente Den Haag waar een van mijn eerste acties het schrijven van een Zebranota was. Ik vond dat er voor het toepassen van zebra’s in Den Haag teveel werd geredeneerd vanuit de auto (schijnveiligheid!) en niet vanuit de behoefte van de voetganger. Die Zebranota staat nog steeds als geldend beleid. Hij is zo oud dat er geen digitale versie van is, alleen een scan van het gedrukte exemplaar 😊.

De Voetgangersvereniging had de afkorting VBV van de oorspronkelijke naam de Vereniging voor Bescherming Voetgangers. Dat was ook het oorspronkelijke doel: zorgen dat voetgangers beschermd worden tegen het al maar toenemende autoverkeer. Van oorsprong een Haagse vereniging, een beetje beschaafde club van mensen van goede komaf (van het Zand, zouden ze hier zeggen). Heel anders dan de veel radicalere clubs als Stop de Kindermoord (het latere Kinderen Voorrang) en de Fietsersbond.

Ludieke actie

Ik herinner me nog goed dat we in 1993 een ludieke actie hielden. In de Haagse Grote Markstraat hielp een straattheatergroep mensen op een grappige manier om veilig over te steken. Toen was dit nog een echte verkeersader met bussen, trams en autoverkeer. Het was ook de hoofdwinkelstraat van de stad, met aan de ene kant van de Bijenkorf en aan de andere kant de V&D. Hier lag een zebrapad met verkeerslichten met waarschuwende bordjes erbij ‘door rood, hier al zoveel doden’.

Grote Marktstraat in 1995: Beeld: Gemeente Den Haag

Grote Marktstraat in 1995 met tram en auto's

Inmiddels is de Grote Marktstraat het exclusieve domein voor voetgangers. De auto’s en bussen zijn verdwenen en de tram rijdt onder de grond. Voor de fietsers wordt naarstig gezocht naar een goede alternatieve route, want op de drukke momenten zitten voetgangers en fietsers elkaar hier flink in de weg. Of dat het resultaat was onze actie? Nee, de plannen van de gemeente lagen er al, maar het heeft vast geholpen.

Grote Marktstraat in 2016: Beeld: Jurriaan Brobbel

Fusie
In mijn tijd bij de Voetgangersvereniging lag de nadruk op verkeersveiligheid. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat, onze subsidieverlener, vond het niet efficiënt dat er meerdere belangenorganisaties waren voor verkeersveiligheid. De Voetgangersvereniging moest fuseren met Kinderen Voorrang! en Veilig Verkeer Nederland. Aanvankelijk onder de naam 3VO om de verschillende identiteiten van de 3 organisaties uit te drukken. Maar al gauw werd het Veilig Verkeer Nederland en verdween de belangenbehartiger voor voetgangers langzaam uit beeld.

De fusie heb ik niet meer meegemaakt, maar het ging me wel aan mijn hart dat de vereniging van het toneel verdween. De Fietsersbond echter floreerde als nooit tevoren. Fietsen was hot. Het belang van fietsen voor een efficiënt mobiliteitssysteem werd steeds meer omarmd. In steeds meer steden en dorpen verschenen rode lopers om de fietser ruim baan te geven. Een positieve ontwikkeling, maar door de belangstelling voor fietsen verdween de voetganger meer en meer naar de achtergrond.

Terug naar de menselijke maat
De laatste jaren keert gelukkig het tij en groeit de belangstelling weer voor lopen. Steeds meer mensen zien in dat het mobiliteitssysteem moet veranderen als we steden en dorpen leefbaar en bereikbaar willen houden. Naar vervoerswijzen die minder ruimte innemen en die schoon en veilig zijn. Terug naar de menselijke maat. Lopen is daarbij een essentiële schakel. En lopen is meer dan een manier van verplaatsen. Het draagt bij aan de gezondheid, de levendigheid en economische vitaliteit en is bovendien laagdrempelig. Want iedereen kan lopen.

De hernieuwde belangstelling voor lopen verenigt ons weer. Er bestaat weer een voetgangersvereniging, een Wandelnet, een Stichting MensEnStraat, een platform Ruimte voor Lopen. Steden slaan de handen ineen in de City Deal Ruimte voor Lopen. Het voetgangersvirus heeft mij nog steeds goed te pakken en steeds meer mensen raken ermee besmet. En niet alleen voor het werk heeft het virus mij te pakken. In mijn vrije tijd loop ik graag. Iedere thuiswerkdag start ik steevast met een flinke wandeling. Lopen is voor mij een manier van leven geworden.”

“Lopen is voor mij een manier van leven geworden.”

Jacqueline Pieters

Deze bijdrage is een onderdeel van de Walking being columns, een reeks van persoonlijke verhalen over Lopen van mensen die actief samenwerken in de City Deal Ruimte voor Lopen.

Jacqueline Pieters sprak deze column uit in in december 2022. Jacqueline Pieters zet zich als Programmamanager mobiliteit Gemeente Den Haag in voor de voetganger. Tegenwoordig werkt Jacqueline voor de gemeente Utrecht.