Stimuleren van wandelgedrag: Meer dan alleen infrastructuur

Wandelvriendelijke steden zijn in opkomst, met steeds meer gemeentes die voetgangersbeleid ontwikkelen. ‘Elke stap telt’ was dan ook het thema van het Nationaal Voetgangerscongres 2024. Elke meter die extra wordt gelopen is belangrijk. Zo veel mogelijk mensen laten lopen, dat is het doel.

Toch waarschuwt veranderkundige Annemarie Mars, tevens keynote van het Nationaal Voetgangerscongres 2024, dat beleid gericht op infrastructuur alleen niet genoeg is om mensen daadwerkelijk te laten lopen. De kern van succesvol voetgangersbeleid ligt in gedragsverandering; het draait om het motiveren van mensen om de auto te laten staan en te kiezen voor lopen. Dit vraagt om een brede benadering waarin de vraag centraal staat: waarom lopen mensen niet en hoe kun je deze obstakels overbruggen?

Complexiteit van verschillende doelgroepen bij wandelgedrag

Om iedereen op de been te krijgen, is het belangrijk om de juiste interventies te ontwikkelen voor verschillende doelgroepen. Mars benadrukt dat een goede infrastructuur vooral helpt bij mensen die al willen lopen, maar niet kunnen. Daarnaast zijn er mensen die lopen zelfs niet overwegen of er weerstand tegen hebben. Beleid kan het best een bewuste keuze maken welke groep als eerste aangepakt wordt, met een focus op doelgerichte middelen om een maximaal effect te bereiken.

Samenwerken over afdelingsgrenzen heen

Het ontwikkelen van wandelbeleid vraagt samenwerking met meerdere afdelingen, niet alleen mobiliteit. Mars benadrukt dat het belangrijk is om lopen niet als doel op zich te zien, maar als middel om maatschappelijke problemen aan te pakken, zoals sociale isolatie of gezondheid. Alleen door het doel voor ogen te houden en samenwerking aan te gaan over afdelingsgrenzen heen, kan wandelbeleid effectief worden ingezet en kunnen passende oplossingen worden gevonden die lopen aantrekkelijk maken.

Omgaan met verschillende belangen

Voetgangers zijn niet de enigen die de openbare ruimte willen gebruiken. Beleidsmakers moeten daarom leren omgaan met tegenstrijdige belangen en hier en daar frictie opzoeken om hun visie te verdedigen zonder in boosheid te vervallen. Mars stelt dat beleidsmakers juist door een constructieve houding, met oog voor verschillende perspectieven, hun doelen kunnen bereiken. “Wat het ook is, je moet van iedereen evenveel houden: van de mensen die niet willen lopen, die niet kunnen lopen én de mensen die hun container op het voetpad zetten. Hoe dan ook ben je als beleidsmaker op meerdere fronten met gedragsverandering bezig.”

Lees het hele artikel op Biind.