Een dag voor de start van het grootste wandelevenement van Nederland spreken we Cilia Daemen, wethouder mobiliteit in Nijmegen. De stad geniet door de Nijmeegse Vierdaagse al jaren van een positief imago als wandelstad. Wonderlijk genoeg is er nog geen gemeentelijk loopbeleid, maar daar wordt aan gewerkt. ‘Het voelt alsof we aan het begin staan, al doen we onbewust al veel dingen goed. Nu kiezen we ook bewust voor het stimuleren van actieve mobiliteit. Lopen verbindt mensen. En elke automobilist wordt een voetganger zodra hij of zij uitstapt. Met loopstimulering werken we niet alleen aan de mobiliteitstransitie, maar verbinden we ook opgaven als toegankelijkheid, gezondheid, recreatie en groen met elkaar.’
Nacht van de Ommetjes
Verbinden is het centrale thema in Daemen’s enthousiaste verhaal over haar wandelstad. De Nijmeegse Vierdaagse is wel het bekendste maar zeker niet het enige wandelevenement in Nijmegen dat mensen onderling verbindt. Zo kunnen bewoners jaarlijks tijdens de Nacht van de Ommetjes al wandelend hun eigen wijk en wijkgenoten beter leren kennen. Daemen: ‘We lopen als college allemaal in een andere wijk mee. Met anderen in gesprek komen, dat is ook een van de mooie kanten van wandelen.’
En waar de Nijmeegse Vierdaagse toch vooral een fysieke prestatie is, ligt de nadruk bij de lokale diabeteswandelgroepen vooral op gezondheid en het tegengaan van eenzaamheid. Net als tijdens de bijzondere avondvierdaagse in de wijk Brakkenstein. ‘Deze avondvierdaagse voor ouderen en mensen met een beperking vindt al voor de vijftigste keer plaats! Je krijgt altijd een medaille, al kun je maar een halve straat meelopen. Deze evenementen laten zien dat je lopen niet alleen kunt koppelen aan mobiliteit, maar ook aan zorg, gezondheid en welzijn. Als je niet meer kunt autorijden of fietsen, verdwijnt veel van je vrijheid. Dan wordt een stukje kunnen wandelen, met of zonder rollator, juist heel belangrijk. Als wandelaar heb je je vervoer altijd bij je.’
Waar knelt het?
Dat brengt ons meteen op een ander belangrijk uitgangspunt voor de nog op te stellen loopagenda: toegankelijkheid. In 2017 publiceerde Nijmegen al het Handboek Toegankelijk Nijmegen met richtlijnen om de openbare ruimte voor iedereen toegankelijk te maken.
Daemen: ‘De afgelopen jaren evalueerden we hiermee de openbare ruimte vanuit het perspectief van toegankelijkheid voor mensen met een beperking, mensen die minder goed ter been zijn en ouders met kinderen. Maar we moeten ook kijken vanuit het mobiliteitsperspectief. We groeien maar door en als we niks doen, dan slibben onze wegen dicht. We moeten mensen dus andere keuzes laten maken. Hoe zorgen we dat inwoners de auto laten staan en gaan lopen? Als we wandelaars voorrang geven, dan moeten we ook iets doen aan kruisingen waar fietsers en voetgangers elkaar in de weg zitten. Dat is spannend want we willen juist ook fietsen blijven stimuleren. We brengen nu eerst de voetgangersknelpunten in beeld. Niet alleen in het centrum, maar juist ook in de netwerken naar de wijken en in de wijken zelf. Wat zijn de ontbrekende schakels zoals missende voetpaden? Wat zijn de populairste looproutes? Waar zitten de knelpunten om je kind veilig naar school te brengen, zoals gevaarlijke oversteekplaatsen?’
Een brug te ver
Bij het ontwikkelen van nieuwe gebieden of het transformeren van bestaande terreinen past de gemeente het STOMP-principe toe om de toegankelijkheid voor voetgangers te waarborgen. Dat dit geen overbodige luxe is, ondervond Daemen zelf. ‘Vijftien jaar geleden werd er een nieuwe brug ontworpen, De Oversteek. Vanuit GroenLinks kwam er een amendement om het voetpad en fietspad breder te maken. Het toenmalig college had een smaller voetpad voor ogen. Toch gingen ze erin mee. Nu lopen wandelaars diezelfde brug plat! Ik leerde ervan dat je niet moet beknibbelen op voetpaden en die ruimte meteen moet vrijmaken. Zo’n pad kun je later niet meer aanleggen of je bent dan veel duurder uit.’ Bij het aanpassen van bestaande gebieden betrekt het college inwoners bij de plannen via onder andere stadsgesprekken. Ook praat de gemeente met belangenorganisaties. Daemen: ‘Dat is wel even zoeken, want met wie moeten we dan in gesprek gaan? Welke belangenclub is er voor de gewone
voetganger? Een belangrijke gesprekspartner is het Zelfregiecentrum Nijmegen. Zij houden ons een spiegel voor waar het gaat om toegankelijkheid van looproutes voor mensen met een beperking.’
Sunset March
Bruggen slaan voor de voetganger, dat doen ze vaker in Nijmegen. Niet alleen figuurlijk tussen de verschillende opgaven en doelgroepen, maar ook letterlijk. ‘Met de wandelbrug Ooijpoort maakten we nabijgelegen stadsnatuur sneller bereikbaar voor voetgangers. Een ander voorbeeld is de natuur van het stadseiland, dat beter ontsloten werd met de bouw van De Oversteek. Een brug met een bijzonder wandelverhaal: ‘deze brug is ook een levend monument voor de 48 geallieerde soldaten die daar omkwamen in de Tweede Wereldoorlog. Om hen te gedenken, springen elke avond bij zonsondergang 48 straatlantaarns op de brug een voor een aan, in langzaam marstempo. En elke avond loopt een veteraan deze Sunset March mee over de brug.’
Verborgen geschiedenis
Al wandelend de geschiedenis van de stad ontdekken kan niet alleen tijdens de Sunset March. De vrijwilligers van Gilde Nijmegen nemen bezoekers graag mee op geschiedenispad. En in september begeleidde Daemen zelf een delegatie van de City Deal Ruimte voor Lopen door Nijmegen. ‘Ik nam ze mee naar de knelpunten in het centrum, waar we voetgangerszones gaan vergroten en spitsdrukte onder voetgangers en fietsers meer willen spreiden. In de benedenstad liet ik ze ervaren hoe je als voetganger op hele andere plekken kunt komen dan als fietser of automobilist. Lopend en kijkend ontdek je dat er nog veel meer stad is, met verborgen plekken, trappetjes en gebouwen zoals een synagoge. De lagen van onze stadsgeschiedenis worden lopend pas echt zichtbaar.’ Al mag Nijmegen volgens Daemen nog wel wat zichtbaarder worden in de lange afstandswandelingen van Wandelnet. ‘Die witte vlekken in de wandelroutes in en rond Nijmegen, dat kan natuurlijk niet als wandelstad. Daarom is het handig dat we samen met Wandelnet in de City Deal zitten. Dan kunnen we dit meteen bespreken. Het is ook inspirerend om van andere gemeenten te leren en hun ervaringen te horen. Zo hoeven we niet zelf opnieuw het wiel uit te vinden bij het opstellen van onze loopagenda.’ Als het aan de gemeente ligt, geniet de Nijmeegse wandelaar niet vier dagen maar 365 dagen per jaar van wandelstad Nijmegen.
Meer informatie