Het begrip ‘De 15-minutenstad’ kwam het afgelopen jaar op allerlei plekken dicht(er)bij, in binnen- en buitenland. Ook groeide het aantal uitgesproken voor- en tegenstanders. Ondertussen loopt ons mobiliteitssysteem vast. Wanneer we op dezelfde voet doorgaan, raken leefbaarheid, bereikbaarheid en ruimtelijke kwaliteit verder in de knel. Dit voorjaar publiceerden Wandelnet, Fietsersbond en adviesbureau Rebel Group de handleiding ‘De 15 minutenstad: hoe doe je dat?’. Zij wijzen Nederland de oplossingsrichting aan om een miljoen woningen te kunnen bijbouwen én ons prettig te kunnen blijven verplaatsen.
‘Onze uitwerking biedt overheden, ontwikkelaars en andere geïnteresseerden handvatten voor het ontwerpen van een gebied of het toetsen van plannen. We laten zien waar dilemma’s ontstaan bij het toepassen van ontwerpprincipes. En hoe zij drempels kunnen wegnemen.’
Kwartiertje is net leuk
Waarom de nadruk op 15 minuten? Een kwartiertje lopen of fietsen vinden de meeste mensen een acceptabele bovengrens voor dagelijkse bestemmingen. De Parijse hoogleraar Carlos Moreno bedacht het concept. Toepassing ervan in zijn eigen stad, onder leiding van burgemeester Anne Hidalgo, gaf het idee vleugels. Het City Deal Lopen Magazine #2 noemde al de vele varianten van ‘De 15-minuten stad’ die inmiddels zijn bedacht. Van Melbourne, dat streeft naar ‘20 minute neighbourhoods’, via de ‘10 minutenstad’ Utrecht tot de Zweedse rijksoverheid die met een innovatieprogramma elke straat in het land opnieuw wil doordenken onder het motto ‘De 1-minuutstad’.
Handleiding
Het idee van overal makkelijk lopend of fietsend bij basisvoorzieningen te kunnen komen, krijgt dus verder praktisch vorm. Vele steden, en ook dorpen, willen aan de slag. Maar hoe? Het concept is uitgewerkt voor de gewenste afstanden tot voorzieningen, maar wat dit betekent, specifiek voor het ontwerpen van loopen fietsnetwerken is minder duidelijk. Om beslissers op weg te helpen, zijn Rebel Group, Fietsersbond en Wandelnet gaan samenwerken. Hun whitepaper ‘De 15-minutenstad: hoe doe je dat?’ beschrijft ontwerpprincipes, dilemma’s en twee voorbeeldplannen. Wat zijn hierbij de uitgangspunten? Binnen de bebouwde kom is lopen dé manier van verplaatsen tot 500 meter. Stimuleer en faciliteer daarnaast optimaal het lopen tot 2,5 kilometer. En laat recreatieve netwerken binnen en buiten steden goed op elkaar aansluiten.
‘De 15-minutenstad voldoet het beste aan onze locatiewensen. Werken met alles binnen handbereik is optimaal uit oogpunt van flexibiliteit, keuzemogelijkheden en faciliteiten bieden.’
Voorbeelden Almere en Zwolle
Het eerste voorbeeld leidt naar Pampus, een nieuw stadsdeel voor Almere, met mogelijk ooit tienduizenden woningen en duizenden werkplekken. Op de tekeningen ontbreekt nog een duidelijk netwerk dat wandelen naar voorzieningen makkelijk maakt. Net als logische aansluitingen met netwerken buiten het stadsdeel. Het andere voorbeeld gaat over de locatie Meeuwenlaan in Zwolle. Hier waren kantoren gevestigd, onder meer van Wehkamp. Een stadsbuurt met zevenhonderd woningen waar tot lopen en fietsen wordt uitgenodigd moet ervoor in de plaats komen. De zoektocht is naar logische, comfortabele routes naar het centrum en nabije voorzieningen, inclusief de hoogwaardige openbaar vervoer halte.
‘Het project Meeuwenlaan in Zwolle leent zich voor een aanzienlijke woningdichtheid, vooral omdat vele voorzieningen en de binnenstad dichtbij zijn. Wij faciliteren daarom veilig en comfortabel lopen of fietsen inclusief goede fietsenstallingen. Wij zien dit als een flinke stap om woningen te realiseren met een fijne woonomgeving, zonder dat alles op de auto is ingericht. Ik zie mogelijkheden voor toepassing elders.’
Ook extreme reacties
De aanpak betekent dat automobilisten in een aantal gevallen ruimte moeten inleveren, wat wel eens weerstand oproept. Zo zijn reacties op sociale media zijn kritisch op het concept en de bedenkers ervan, vooral in het buitenland. Zo sprak in het Britse Lagerhuis een conservatief parlementslid in februari dit jaar over een ‘socialistisch concept’. Anderen beweren dat ‘de overheid burgers in hun buurt wil opsluiten’. Maar volgens een opinieonderzoek ziet ruim zestig procent van de Britse bevolking de ‘15 minutenbuurt’ wel zitten.
Leg accent op goed kunnen lopen
Kevin Leyden, hoogleraar politieke wetenschappen en overheidsbeleid uit Galway (Ierland), heeft een advies: ‘Blijf niet te veel vastzitten aan het woord ‘De 15-minutenstad’ wanneer het begrip een-op-een wordt geassocieerd met ‘low traffic neighbourhoods’, zegt hij. ‘Probeer discussies te kalmeren. Debatten verlopen constructiever als het accent op ‘walkable neighbourhoods’ komt te liggen. Dat is iets aantrekkelijks, waarbij mensen zich iets kunnen voorstellen’.
‘Omarm het principe’
Terug naar Nederland. Ook hier ontstond kritiek op het begrip ‘De 15-minutenstad’, maar het is moeilijk inschatten wat de omvang en betekenis hiervan is. Zo kreeg de Boer Burger Beweging veel vragen, zegt het Kenniscentrum van deze partij. Het standpunt is dat ‘De 15-minutenstad’ een mooi streven is als beleidsdoel. Het Coalitieakkoord van de provincie Zuid-Holland van BBB, CDA, GroenLinks, PvdA en VVD, heeft deze passage opgenomen: ‘We omarmen het principe van het 15-minutenstad-concept en onderzoeken hoe we dit een plek kunnen geven in ons ruimtelijke- en mobiliteitsbeleid’.
Keuzevrijheid bieden
Het achterliggende, vaak niet uitgesproken idee bij ‘De 15-minutenstad’ is: bied zoveel mogelijk mensen keuzevrijheid in het dagelijks leven. Wie wil, moet in staat worden gesteld te kunnen lopen of fietsen, in plaats van gedwongen te worden met de auto te gaan.
Tips en aanbevelingen
De publicatie ‘De 15-minutenstad: hoe doe je dat?’ wil betrokkenen en geïnteresseerden op weg helpen. Lees de publicatie van Rebel Group, Fietsersbond en Wandelnet online.
Een kortere versie van dit artikel verscheen eerder als column op www.wandelnet.nl
Meer informatie
- https://ruimtevoorlopen.nl/2023/04/15-minutenstad-hoe-doe-je-dat/
- www.wandelnet.nl
- https://ruimtevoorlopen.nl