Veel ouders durven hun kinderen niet (alleen) naar school te laten lopen. Te druk, te onveilig, te gevaarlijk. Want voor het schoolplein verandert de straat rond haal- en brengtijden in een mierennest van auto’s, fietsers, taxi’s en voetgangers. Onthutsend is dat maar 64% van de ouders vindt dat er een veilige route naar school is (Onderzoek van Tour de Force, 2019). De ‘Schoolstraat’ probeert het gevoel van onveiligheid weg te nemen.
Tijdelijk sluiten voor gemotoriseerd verkeer
Het gevoel van onveiligheid wegnemen doen ze door de straat aan het begin en einde van schooldagen te sluiten voor auto’s, brommers en scooters. Ouders die toch met de auto komen, kunnen iets verder weg parkeren en te voet naar school gaan. Direct resultaat is dat de omgeving van de school rustiger, aangenamer én bovenal veiliger wordt. En dat is een belangrijke randvoorwaarde voor ouders en kinderen om de overstap te maken naar fietsen of lopen: ‘je veilig voelen op straat’ is voor Nederlanders namelijk essentieel om meer te bewegen, zo wijst het Nationaal Sportonderzoek uit 2019 uit.
Overgewaaid uit België
Het idee voor de ‘Schoolstraat’ is overgenomen uit Vlaanderen. Daar gingen ze er al op 165 scholen in meer dan 50 gemeenten mee aan de slag. In 2018 legden ze de ‘Schoolstraat’ zelfs officieel vast in de wet met een eigen herkenbaar verkeersbord. Zover zijn we in Nederland nog niet, maar in de afgelopen twee jaar waren er verschillende pilots in acht verschillende steden. Zoals in Zwolle en Den Haag. In principe was er één Schoolstraat per gemeente, maar Den Haag heeft er véél meer gerealiseerd. Bovendien waren er buiten de pilots nog verschillende andere gemeenten die hebben geëxperimenteerd met een Schoolstraat, zoals Ede. Verschillende steden legden na afloop van de proeven vast in hun verkeersbeleid dat ze doorgaan met Schoolstraten. Landelijk wordt gewerkt aan uniforme regels en een toepasselijk verkeersbord. Mooie ontwikkelingen dus!
Draagvlak van bovenaf
In onze hofstad kon het initiatief op steun rekenen van Robert van Asten, de Haagse Wethouder voor Cultuur & Mobiliteit, die zich hard maakte voor permanente voortzetting van een aantal schoolstraten. Van Asten: “Ik hoop dat er daarmee een einde komt aan het soms chaotische samenspel van auto’s, fietsers en voetgangers. Vooral kinderen ervaren dit als onoverzichtelijk en gevaarlijk. Door de straat verkeersvrij te maken, kunnen kinderen zelfstandig of met ouders naar school. Daarbij hopen we het haal- en brenggedrag van ouders positief te veranderen.”
B.O.M. Schoolstraat Zwolle: perfect voorbeeld bottom-up
Waar in Den Haag het draagvlak van bovenaf kwam, volgt Zwolle de bottom-up-benadering. Door kinderen actief te betrekken bij het project. Zo combineerden ze de ‘Schoolstraat’ met het Basisschool Omgevingsmanagement-project (B.O.M.). Een project waarbij leerlingen zelf de verkeersonveiligheid aanpakken en gebombardeerd worden tot omgevingsmanagers. “Een prachtige vondst”, vindt Ronald Gerard van de gemeente Zwolle. “Wij hadden gelijk uitvoerders én de leerlingen namen een groot deel van het werk uit handen.”
Mandy Salders van het adviesbureau Goudappel kan dit beamen. “Al bij het uitdenken van de ‘Schoolstraat’ maakten we gebruik van hun ideeën”, vertelt ze. “Samen bedachten ze waar de afsluiting voor de weg zou komen, hoe de kinderen moesten gaan lopen en wie er begeleiding nodig had om veilig op school te komen.”
#slimbedacht: de Loopbus
Door de kinderen van de Ridder-Jorisschool en de Morgenster aan zet te laten, zijn er prachtige ideeën geboren. De ‘loopbus’ kwam bijvoorbeeld uit hun koker: een groepje groep-achters die met jongere kinderen naar school liepen vanaf de parkeerplaats. De parkeerplaats waar ouders hun auto’s moesten neerzetten was namelijk op zo’n 200 meter van de school: te ver voor de allerjongsten.
Rustiger op straat
De pilot in Zwolle liep ruim 3 weken: een mooie periode om blijvende gedragsverandering teweeg te brengen. Salders: “Dit lukte voor een deel ook. We zagen dat veel ouders hun kinderen lopend of fietsend naar school bleven brengen. Bovendien was de straat veel rustiger en veiliger tijdens de ‘Schoolstraat’. Vooral de kinderen gaven aan dat ze vonden dat de omgeving zoveel fijner was geworden: niet meer al die door elkaar rijdende auto’s op de minirotonde voor de school. Zij vonden het ook nog eens heerlijk om naar school te lopen!”
Verbetering veiligheid
Dat een ‘Schoolstraat’ ten goede komt aan de verkeersveiligheid laten alle pilots zien. Gemiddeld steeg de veiligheidsbeleving van 6,9 naar 7,9 voor ouders die lopend naar school komen en van 5,9 naar 7,1 voor fietsende ouders. Bovendien zijn er positieve neveneffecten, zoals méér kinderen die de beweegnorm halen, een betere luchtkwaliteit en minder geluidsoverlast. Met name in België zien we mooie effecten bij Schoolstraten die al langer bestaan. De lucht is schoner en meer ouders komen lopen en fietsend met hun kind(eren) naar school.
Nadeel: verplaatsing verkeersprobleem
Een nadeel van de ‘Schoolstraat’ was dat het verkeersprobleem zich verplaatste, ziet Gerard. “Sommige ouders gingen ergens anders in de straat staan, waardoor omwonenden overlast ervoeren. Daarnaast bleek het een stap te ver voor de school om zelf regie te pakken nadat de pilot ten einde was. Heel zonde, maar gelukkig is de bewustwording wel enorm toegenomen! En wij zijn ons er bij de gemeente ook véél bewuster van dat het creëren van een veilige route naar school noodzaak is. Vandaar dat we de komende vier jaar investeren in goede wandel- en fietsinfrastructuur; dat is één van de speerpunten van het Zwolse Coalitieakkoord. We gaan school-thuisroutes beter in kaart brengen en ruim baan geven aan de wandelaar en fietser.”