Aan gewichtigheid doet Floor Vermeulen niet, al fungeert een kettlebell van 6 kilo wel als deurstopper in zijn werkkamer. De burgemeester van Wageningen gooit zijn deur wijd open voor een geanimeerd gesprek over lopen, al sinds de lagere school zijn favoriete manier van bewegen. Ook in zijn werk -eerst als gedeputeerde verkeer & vervoer voor provincie Zuid-Holland, sinds een jaar als burgemeester- maakt hij al jaren meer ruimte voor lopen. Zijn kersverse voorzitterschap van ons platform is dan ook een logische stap. ‘Zet de voetganger voorop en laten we lopen letterlijk op de kaart zetten.’
Manier van leven
“Lopen is mijn sport en favoriete vervoermiddel,” vertelt Vermeulen. Wandelen doet hij al van jongs af aan. “Op de lagere school maakte ik maandelijks een lange wandeltocht samen met een vriendje en zijn vader. Ook later deed ik het liefst alles lopend en met de trein, want ik hou niet zo van de bus.” Bij Provinciale Staten nam hij alleen de auto als het echt niet anders kon. “Bijna alles is prima lopend, fietsend en met het OV te bereiken, en dat hoeft niet eens tijd te kosten, als je je dag erop inricht. Zo werk ik onderweg graag in de trein.” Vanuit zijn achtergrond als gedeputeerde met mobiliteit in zijn portefeuille, kijkt Vermeulen op een andere manier naar hoe steden zijn ingericht. “In Wageningen was in de jaren “90 veel discussie over het autovrij maken van de hoofdstraat. Stel je nu voor om er auto”s doorheen te laten rijden, dan kijkt iedereen je aan of je gek bent. We praten zelfs over het weren van fietsers uit dit voetgangersgebied. Dat besef van de waarde van lopen bij mensen, bedrijven, organisaties en overheid tussen de oren krijgen? Daar wil ik als voorzitter van het platform graag aan bijdragen.”
Vergeten
Bestuurlijk is er in heel Nederland steeds meer aandacht voor lopen. “We zien de meerwaarde wel: van lopen word je gezonder, het maakt onze leefomgeving prettiger, is spotgoedkoop en goed voor de energietransitie. Maar de kosten gaan voor de baten uit. We vragen een investering waarvan je niet precies weet wát het oplevert, alleen dát het zeker iets oplevert.” En ook al weten we dat lopen goed is voor ons en voor de stad, de voetganger wordt maar al te vaak vergeten. “Voor veel mensen is lopen zoiets vanzelfsprekends dat we er niet bij stilstaan om de voetganger op te nemen in onze plannen. Kijk naar wegenprojecten: de automobilist is standaard het vertrekpunt. Pas daarna denkt men eraan om andere weggebruikers een plek te geven en moeten er nog voetgangerstunnels en fietslussen ingevoegd worden. “Je gaat het pas zien als je het doorhebt” om met Cruyff te spreken. Begin bij de voetganger en betrek pas daarna de andere weggebruikers erbij. Dat is voor sommige bestuurders wel een eyeopener.”
“Omdenken:
eerst de voetganger,
dan de rest”
Denk vanuit voetganger
Voorbeelden te over van situaties waarbij voetgangers nog niet in ons systeem zitten. “Reisapps die wandelen als vervoersoptie niet meenemen. Natuurgebieden die alleen toegankelijk zijn vanaf een parkeerplaats en niet vanaf een OV-halte. Stationshallen in eerste instantie afsluiten met OV-poortjes, zonder te denken aan de voetgangers die deze als doorgaande wandelroute gebruiken. Overwegen afsluiten zodat mensen geen ommetje meer over het spoor meer kunnen maken.” Het kan ook anders, door te denken vanuit de voetganger: “We zien een enorme opgave op het gebied van woningbouw, vervanging van infrastructuur en natuurherstel. Start met het ontwerpen van goede loopinfrastructuur bij woningen, faciliteer de voetganger bij vervanging van infra. En zorg bij natuurherstel dat je er fijn kunt wandelen, dat het gebied goed te voet bereikbaar is en dat stad en land verbonden zijn. Die verbinding tussen nieuwe woonwijken en natuur ontbreekt vaak en kun je juist relatief goedkoop realiseren met goede wandelverbindingen.”
Houden zo
Sinds Vermeulen in Wageningen woont en werkt, wandelt en fietst hij nog steeds zoveel mogelijk naar zijn afspraken. “Wageningen is een fijne, overzichtelijke stad en de menselijke maat is hier nog aanwezig. Eigenlijk is het de ideale 15-minutenstad want je hebt hier alle voorzieningen binnen een kwartier loop- en fietsafstand. We zien dit nu als ideaalbeeld voor grote steden maar vergeten daarbij dat heel veel kleinere Nederlandse steden allang 15-minutensteden zijn.” Volgens Vermeulen moeten we uitkijken dat we niet doorschieten naar de andere kant door functies veel te veel te scheiden: bedrijven en bios naar de stadsrand, verschralende winkelgebieden in het centrum, fietsenmakers op bedrijventerreinen in plaats van in de wijken. “Als we niet uitkijken gaan we op de VS lijken. Het klinkt misschien wat conservatief: ‘laten we houden wat we hebben hier’, maar het is hard werken om dat voor elkaar te krijgen!”
Volg je gevoel, maak meters
Tot slot heeft Vermeulen nog een laatste tip voor andere bestuurders: “Denk je als je een dossier voor het eerst op tafel krijgt: ‘dat is gek, is dat echt nodig zo? Kan het niet anders?’ Volg je gevoel! Als je weerstand voelt, zit je meestal op het goede spoor. Kom in actie en wacht niet tot het te laat is en de plannen uitgewerkt zijn en vastliggen. Dan wordt de voetganger een sluitpost en die is veel moeilijker te veranderen. Probeer het meteen goed te doen en denk bij alle onderwerpen allereerst vanuit de wandelaar. Ga ervoor. Lukt het niet? Als je geen meters maakt door dingen te proberen, lukt het sowieso niet om iets te veranderen.”